's Morgens rond 10h vertrokken in Chiang Mai. Na een rit van ongeveer 110km die toch 3 uur in beslag nam ben ik aangekomen in Pai.
762 bochten (met een foutenmarge van 10%), een echt avontuur op nationale weg 1095. Vooral omdat de meeste chauffeurs de wegmarkeringen niet respecteren en in de bochten gaan spookrijden. Redelijk gevaarlijk als je dit in haarspeldbochten doet waar je praktisch geen zicht hebt op het einde van de bocht. Ahja ze rijden hier aan de linkerkant van de weg, dus dat was ook even wennen. Gelukkig had ik de brommer al een paar dagen zodat ik het verkeer toch een beetje gewoon kon worden. Het verkeer in Thailand is veel normaler dan dat in alle voorgaande landen. Hier worden de meeste verkeersregels toegepast en gerespecteerd, met uitzonderinge van de snelheidslimieten. Ook de stoplichten worden af en toe genegeerd, maar enkel die stoplichten die door overstekende voetgangers geactiveerd worden.
Pai is een dorpje van 3000 inwoners dat overspoeld is geworden door enkele 1000en toeristen uit alle windstraken. In plaats van alleen Europeanen zie je hier dus Thaise toeristen uit het zuiden, het is eens iets anders. Het zou het hippie-dorp in Thailand zijn, maar daar is eigenlijk bitterweinig van te merken. Er is hier eigenlijk nog minder te zien dan in Chiang Mai en toch menen enkele backpackers die ik onderweg ben tegengekomen dat dit de plek in Thailand is. Ik heb geen flauw idee waarom. Er is niets, maar dan ook niets te zien hier. Integendeel! Het dorp is in alle opzichten duurder dan Chiang Mai. Ik had dus geen reden om er meer dan een nacht te blijven...
Later heb ik vernomen dat de grote troef van pai te vinden is in de jungle. Er zouden daar nog enkele 'echte' bergstammen leven.
Na een rit van 120km (nam ongeveer 2,5h in beslag) ben ik, de volgende middag om 1300h aangekomen in Mae Hong Son. 's Ochtends bij het vertrek was het friskes (volgens de Thai 'ice cold'). Ik was heel blij dat ik mijn vestje bijhad, zeker bij de afdalingen. De route was iets makkelijker te rijden dan de eerste dag, maar dit kan ook zijn omdat ik de scooter nu beter onder controle heb. Het is enorm plezant om achter een lokale minibus te rijden zodat ik zonder problemen de bochten kan inschatten. Want dat is nog steeds het grote gevaar, te snel een haarspeldbocht ingaan is niet aan te raden! Ik heb het al een paar keer meegemaakt dat ik de bocht verkeerd inschatte en dan zijn er 2 mogelijkheden:
1. je scheert rakelings langs de vangrails (al dan niet van beton of metaal) of de afgrond indien er geen barriere is
2. je neemt de bocht al spookrijdend
Maar voor de rest is de hele weg een adembenemend schouwspel! De ene keer zie je velden waar de landbouwers aan het oogsten zijn (ik heb geen flauw idee wat ze juist oogsten, het lijkt me geen rijst te zijn). 10 minuten later rijd je tussen de bomen en is de gevoelstemperatuur een pak minder aangenaam. Je draait naar links, 150m verder een scherpe bocht naar rechts en dan daal je om 50m verder steil omhoog te kruipen. Afwisseling genoeg dus! Het hoogste punt van de rit bevindt zich op 1400m, waar je een schitterend uitzicht hebt op de valleien. Maar waar ook een hele hoop Thaise toeristen zich vergapen aan kinderen in traditoinele klederdracht, die er zich niet voor schamen om geld te vragen voor de foto's die van hen getrokken worden.
MHS, zoals ze het hier afkorten is de provinciehoofdplaats. Het is dus een iets groter dorp, dat zelfs een KFC heeft! Zoals elke Thaise plaats hebben ze ook hier een avondmarkt waar ze dezelfde dingen slijten als op de andere markten. Er bevinden zich enkele tempels in het centrum, maar voor de rest is er niet veel speciaals te zien. De atmosfeer is wel veel aangenamer dan die in Pai!
Kleine opmerking zowel Pai als Mae Hong Son hebben een vliegveld! De gebetonneerde runway is een goede 2000m lang, er staat een verkeerstoren, maar de vertrekhal kan je onmogelijk modern noemen :)
Dag 3: De rit van Mae Hong Son naar Mae Chaem. Zo'n 150km en het hoogste punt topt op 1600m. De hellingen zijn steiler dan de vorige dag, het uitzicht nog grootser. Ik ben regelmatig moeten stoppen om mijn rug wat rust te gunnen, een scooter is een aangenaam vervoermiddel, maar de bestuurder pakt veel wind. Omdat het nogal koud was in de ochtend had ik de neiging om helemaal in elkaar te zakken (gelijk ne pattattenzak, zoals we in Antwerpen zeggen), Wat redelijk slecht is voor mijn al zwakke rug. Na een rit van 5,5 uur ben ik dus aangekomen in Mae Chaem. Het dorpje is veel authentieker dan Pai, geen toeristen en Engels wordt er nergens gesproken.
Dat maakt het spannender, maar soms ook enerverender... als antwoord op mijn vraag voor een asbak kreeg ik een aansteker :)
De paar uur die me resten heb ik gebruikt om met de Honda Dream de Doi Inthanon, met zijn 2565m het hoogste punt in Thailand, te beklimmen. Werkelijk een schitterend uitzicht over de bergachtige jungle-omgeving. Toch zeker langs de westelijke kant. In het oosten daarentegen zag je alleen de toppen van de wolken... De rest van de dag is snel voorbij. Ik ben te moe om nog iets zinnigs te doen, ik had geen idee dat brommeren zo vermoeiend kon zijn!
En mijn fototestel blijkt sterker dan ik had verwacht! Ik had een put in de weg niet gezien en al het gerief dat in het mandje zat vooraan de scooter vloog door de lucht. De camera heeft het overleefd, maar is wel getekend voor het leven.
De vierde en laatste dag was een rustige rit van 120km naar Chiang Mai. Het eerste gedeelte was vooral afdalen, dus remmen. Maar omdat ik nu veel meer controle over 'mijn' machine had was het niet zo moeilijk om de auto's bij te houden... Soms was het zelfs nodig om er een voorbij te steken tijdens de afdaling. Gelukkig maken de chauffeurs kenbaar wanneer dat mogelijk is door hun linker knipperlicht te activeren. Langs de andere kant, het merendeel van de auto's vliegt mij voorbij :)
Het tweede gedeelte van de rit verliep over een 'Expressway', een 2x2 baan waar er officieel een snelheidsliniet van 80 geldt, maar zowat iedereen rijdt er 100 of meer. Ook den deze dus. Hier heb ik tevens mijn persoonlijk snelheidsrecord op een tweewieler verbroken, 120km/h in plaats van de marginale 35km/u die ik op de fiets haalde. Misschien onverantwoord, maar het was een vlakke weg dus veel risico was er niet. (en dan passeerden er nog scooters langs rechts).
Kortom deze tour was dubbel en dik de rugpijn waard :)
Spijtig dat het bijna onmogelijk is om de indrukken op foto vast te leggen of te verwoorden...
woensdag 29 december 2010
zaterdag 18 december 2010
Chiang Mai (pt 1)
De nachtbus van Siem Reap naar Bangkok was een hele belevenis. Om half twee 's nachts werden we opgehaald en we hebben tot 4 uur moeten wachten voor de bus opdaagde. Ik was dus eigenlijk al op het straat aan het slapen :)
De reis zelf heb ik in half verdoofde slaaptoestand beleefd en ik kan me er redelijk weinig van herinneren. De grensoversteek, de volgende ochtend verliep uitermate vlot, in tegenstelling tot wat alle reizigers ons gemeld hebben. Niet dat ik dat erg vond hoor. Een grensovergang is altijd een belevenis. De ene keer gaat dat al wat vlotter dan de andere :)
Bangkok is niet echt een stad naar mijn hart. Veel te druk en enorm veel toeristen. Te veel naar mijn hart, vooral omdat het geen reizigers zijn, maar echte toeristen die naar Thailand komen voor het goede weer of voor de ladyboys. Resultaat is dat er in 'het centrum' bijna geen Thai rondlopen (en als ze er wel rondlopen dan proberen ze allerlei rommel aan de man te brengen). Ik heb me dus dezelfde dag nog het laatste beschikbare treinticket naar Chiang Mai aangeschaft. Gelukkig maar, want de daaropvolgende dagen was de trein volledig volgeboekt en dan had ik noodgedwongen enkele dagen in Bangkok moeten blijven. Ik hoop dat de feestdagen in het noorden iets rustiger zullen zijn dan in het zuiden, maar niemand durft dat echt te zeggen, dus ik zal moeten afwachten.
De nachttrein naar Chiang Mai was een hele belevenis. Overal heb ik gelezen dat de treinen best wel ok zijn, maar de trein die ik had was zeker 30 jaar oud en in een redelijk miserabele staat. Het personeel op de trein was daarentegen supervriendelijk. Het is plezant om goedkope whiskey te drinken met enkele Thaise spoorwegpolitie-agenten.
Gelukkig dat de trein enkele uren vertraging had, want om 0510 in een stad aankomen waar je bijna geen gegevens over hebt is niet zo fijn.
Chiang Mai zelf is een vrij rustige stad, een echte provinciestad. Waar het aantal toeristen in vergelijking met Bangkok best wel meevalt. Heel veel is er hier niet te zien (uitgezonderd de 10tallen tempels). De meeste interessante dingen bevinden zich buiten de stad en heeft alles te maken met de omgeving. Een tijger-opvangcentrum, een RVT voor olifanten, enkele watervallen,...
De eerst dag was een verkennigsdag. Een aardige tuktuk-chauffeur heeft me voor 40 bhat een hele middag rondgereden door het stad en de belangrijkste tempels getoond. Omdat het zo goedkoop was wist ik op voorhand dat ik naar enkele toeristenvallen gebracht zou worden, waar ze je allerlei dure dingen aan de man proberen te brengen. Gelukkig had ik niet genoeg geld bij me :)
De tweede dag begon met een kleine telerustelling: regen! De eerste regen sinds Sapa en dat is ondertussen toch al een maand geleden,,, Ideaal om een rustdag in te lassen en mijn SSI-cursus te bestuderen.
In de loop van volgende week vertrek ik naar Pai. Ik heb me hier een 125cc semi-automatic aangeschaft (gehuurd) zodat ik wat zelfstandig kan reizen zonder rekening te moeten houden met busuren en -routes. Het verkeer hier laat dat ook toe in tegenstelling tot Vietnam of China, alleen moet ik wel onthouden dat er hier links gereden wordt!
De reis zelf heb ik in half verdoofde slaaptoestand beleefd en ik kan me er redelijk weinig van herinneren. De grensoversteek, de volgende ochtend verliep uitermate vlot, in tegenstelling tot wat alle reizigers ons gemeld hebben. Niet dat ik dat erg vond hoor. Een grensovergang is altijd een belevenis. De ene keer gaat dat al wat vlotter dan de andere :)
Bangkok is niet echt een stad naar mijn hart. Veel te druk en enorm veel toeristen. Te veel naar mijn hart, vooral omdat het geen reizigers zijn, maar echte toeristen die naar Thailand komen voor het goede weer of voor de ladyboys. Resultaat is dat er in 'het centrum' bijna geen Thai rondlopen (en als ze er wel rondlopen dan proberen ze allerlei rommel aan de man te brengen). Ik heb me dus dezelfde dag nog het laatste beschikbare treinticket naar Chiang Mai aangeschaft. Gelukkig maar, want de daaropvolgende dagen was de trein volledig volgeboekt en dan had ik noodgedwongen enkele dagen in Bangkok moeten blijven. Ik hoop dat de feestdagen in het noorden iets rustiger zullen zijn dan in het zuiden, maar niemand durft dat echt te zeggen, dus ik zal moeten afwachten.
De nachttrein naar Chiang Mai was een hele belevenis. Overal heb ik gelezen dat de treinen best wel ok zijn, maar de trein die ik had was zeker 30 jaar oud en in een redelijk miserabele staat. Het personeel op de trein was daarentegen supervriendelijk. Het is plezant om goedkope whiskey te drinken met enkele Thaise spoorwegpolitie-agenten.
Gelukkig dat de trein enkele uren vertraging had, want om 0510 in een stad aankomen waar je bijna geen gegevens over hebt is niet zo fijn.
Chiang Mai zelf is een vrij rustige stad, een echte provinciestad. Waar het aantal toeristen in vergelijking met Bangkok best wel meevalt. Heel veel is er hier niet te zien (uitgezonderd de 10tallen tempels). De meeste interessante dingen bevinden zich buiten de stad en heeft alles te maken met de omgeving. Een tijger-opvangcentrum, een RVT voor olifanten, enkele watervallen,...
De eerst dag was een verkennigsdag. Een aardige tuktuk-chauffeur heeft me voor 40 bhat een hele middag rondgereden door het stad en de belangrijkste tempels getoond. Omdat het zo goedkoop was wist ik op voorhand dat ik naar enkele toeristenvallen gebracht zou worden, waar ze je allerlei dure dingen aan de man proberen te brengen. Gelukkig had ik niet genoeg geld bij me :)
De tweede dag begon met een kleine telerustelling: regen! De eerste regen sinds Sapa en dat is ondertussen toch al een maand geleden,,, Ideaal om een rustdag in te lassen en mijn SSI-cursus te bestuderen.
In de loop van volgende week vertrek ik naar Pai. Ik heb me hier een 125cc semi-automatic aangeschaft (gehuurd) zodat ik wat zelfstandig kan reizen zonder rekening te moeten houden met busuren en -routes. Het verkeer hier laat dat ook toe in tegenstelling tot Vietnam of China, alleen moet ik wel onthouden dat er hier links gereden wordt!
maandag 13 december 2010
Angkor Wat
Na een busrit van zo'n 6 uur in het gezelschap van een aardige Francaise die zeer goed Engels sprak (en een pin van scouting op haar rugzak had, ineens het gespreksonderwerp) ben ik dan eindelijk aangekomen in Siem Reap. Bij de meesten gekend als de stad van Angkor Wat. En dat zie je ook. De stad is volledig opgebouwd rond het toerisme met alle voor- en nadelen.
De eerste dag, nu met een andere groep bestaande uit een Amerikaanse die ook de hel van de Thaise Ambassade meegemaakt heeft en een Nederlands-Australisch koppel. Met een fiets van 1 dollar hebben we de grote tour gemaakt. Zweten en zwoegen, maar het was de moeite waard. De tempels zelf zijn niet altijd even interessant. Angkor Wat bijvoorbeeld is een tegenvaller. Is het omdat de tempel in de steigers staat? Of omdat het er echt zwart ziet van het volk? Geen idee, maar veel van de kleinere tempels zijn veel indrukwekkender. Ta Prohm bijvoorbeeld, onder de reizigers beklend als de jungle tempel. Bij het grote publiek gekend door de film Tomb Raider. Het is de tempel die overwoekerd is met bomen en struiken. De eerste dag waren we er rond zonsondergang wat wel erg mooie effecten opleverde die spijtig genoeg niet op foto pakten. De tweede dag heb ik die ook bekeken, maar door de overrompeling van Chinese en Koreanse toeristen was het maar half zo plezant.
Bijna alle tempels staan in de steigers, maar gelukkig zijn ze groot genoeg om er niet al te veel hinder van te ondervinden.
Het leuke aan alleen reizen is dat je je zonder schaamte gewoon kunt uitnodigen om een groep met gids te volgen en zo details te weten kan komen die anders ongeweten blijven... En met mijn talenkennis heb ik de groepen voor het uitkiezen :)
Zo ben ik onder andere te weten gekomen dat er in de Preah Khan tempel reliefs zijn die het gebruik van tabak voorstellen en dat er 3 nationaliteiten weergegeven worden (Chinezen, Khmer en bergvolkeren).
De zonsondergang was een dikke tegenvaller. Blijkbaar is dat een moment dat alle toeristen die zich in Siem Reap bevinden zich verzamelen op de hoogste punten in het gebied. We hadden ook een beetje pech met het weer want net op het cruciale moment verdween de zon achter de wolken. Een zonsopgang daarentegen is wel een aarader, zolang je maar uit de buurt van Angkor Wat blijft, want daar kan je echt over de koppen lopen. Je kan beter kiezen voor een kleinere tempel. De kans dat je er alleen zit is dan redelijk groot. Ik had enkele Chinezen die me vergezelden met semi-professioneel gerief in Phnom Bakkheng. Een redelijke mooie tempel gelegen op een heuveltop. De zonsopgang was mooi, maar ik heb er al betere gezien op deze trip. De trip met de tuktuk door het Angkor park daarna was een godsgeschenk, met de feits zou ik nooit voor donker zijn teruggekeerd. En de bestuurder kon me allerlei leuke weetjes vertellen, wat de trip natuurlijk wel veel interessanter maakt.
Dag 3 heb ik gebruikt om enkele tempels wat beter te bekijken en er wat meer tijd te spenderen. Ik ben blij dat ik het gedaan heb, zo heb ik nog meer leuke weetjes kunnen horen. Bij momenten had ik zelfs het gevoel om er alleen rond te lopen. Met de jusite muziekkeuze kan dat echt enkele mooie gevoelens oproepen. De laatste dag in Siem Reap ben ik met een aantal andere backpackers op zoek gegaan naar het monument voor de Rode Khmer slachtoffers. Ik ben blij dat ik langs Phnom Penh gegaan ben, want het was treurig om aan te zien. Uit armoede hebben we dan maar 3 dollar betaald en hebben we de rest van de middag doorgebracht aan het zwembad van een 4-sterren hotel. Een heerlijk gevoel!
Sebiet om 01:30 vertrek de nachtbus naar Bangkok. Ik ben benieuwd maar heb niet al te veel verwachtingen.
De eerste dag, nu met een andere groep bestaande uit een Amerikaanse die ook de hel van de Thaise Ambassade meegemaakt heeft en een Nederlands-Australisch koppel. Met een fiets van 1 dollar hebben we de grote tour gemaakt. Zweten en zwoegen, maar het was de moeite waard. De tempels zelf zijn niet altijd even interessant. Angkor Wat bijvoorbeeld is een tegenvaller. Is het omdat de tempel in de steigers staat? Of omdat het er echt zwart ziet van het volk? Geen idee, maar veel van de kleinere tempels zijn veel indrukwekkender. Ta Prohm bijvoorbeeld, onder de reizigers beklend als de jungle tempel. Bij het grote publiek gekend door de film Tomb Raider. Het is de tempel die overwoekerd is met bomen en struiken. De eerste dag waren we er rond zonsondergang wat wel erg mooie effecten opleverde die spijtig genoeg niet op foto pakten. De tweede dag heb ik die ook bekeken, maar door de overrompeling van Chinese en Koreanse toeristen was het maar half zo plezant.
Bijna alle tempels staan in de steigers, maar gelukkig zijn ze groot genoeg om er niet al te veel hinder van te ondervinden.
Het leuke aan alleen reizen is dat je je zonder schaamte gewoon kunt uitnodigen om een groep met gids te volgen en zo details te weten kan komen die anders ongeweten blijven... En met mijn talenkennis heb ik de groepen voor het uitkiezen :)
Zo ben ik onder andere te weten gekomen dat er in de Preah Khan tempel reliefs zijn die het gebruik van tabak voorstellen en dat er 3 nationaliteiten weergegeven worden (Chinezen, Khmer en bergvolkeren).
De zonsondergang was een dikke tegenvaller. Blijkbaar is dat een moment dat alle toeristen die zich in Siem Reap bevinden zich verzamelen op de hoogste punten in het gebied. We hadden ook een beetje pech met het weer want net op het cruciale moment verdween de zon achter de wolken. Een zonsopgang daarentegen is wel een aarader, zolang je maar uit de buurt van Angkor Wat blijft, want daar kan je echt over de koppen lopen. Je kan beter kiezen voor een kleinere tempel. De kans dat je er alleen zit is dan redelijk groot. Ik had enkele Chinezen die me vergezelden met semi-professioneel gerief in Phnom Bakkheng. Een redelijke mooie tempel gelegen op een heuveltop. De zonsopgang was mooi, maar ik heb er al betere gezien op deze trip. De trip met de tuktuk door het Angkor park daarna was een godsgeschenk, met de feits zou ik nooit voor donker zijn teruggekeerd. En de bestuurder kon me allerlei leuke weetjes vertellen, wat de trip natuurlijk wel veel interessanter maakt.
Dag 3 heb ik gebruikt om enkele tempels wat beter te bekijken en er wat meer tijd te spenderen. Ik ben blij dat ik het gedaan heb, zo heb ik nog meer leuke weetjes kunnen horen. Bij momenten had ik zelfs het gevoel om er alleen rond te lopen. Met de jusite muziekkeuze kan dat echt enkele mooie gevoelens oproepen. De laatste dag in Siem Reap ben ik met een aantal andere backpackers op zoek gegaan naar het monument voor de Rode Khmer slachtoffers. Ik ben blij dat ik langs Phnom Penh gegaan ben, want het was treurig om aan te zien. Uit armoede hebben we dan maar 3 dollar betaald en hebben we de rest van de middag doorgebracht aan het zwembad van een 4-sterren hotel. Een heerlijk gevoel!
Sebiet om 01:30 vertrek de nachtbus naar Bangkok. Ik ben benieuwd maar heb niet al te veel verwachtingen.
donderdag 9 december 2010
4000 eilanden en Phnom Penh
We verlaten Vientiane met de nachtbus. Op naar de 4000 eilanden. Ik heb geen idee wat ik er van mag verwachten... Lien en William zijn naar Bangkok vertrokken en dan naar Chiang Mai, de kans bestaat maar is heel klein dat ik hen nog in Thailand tegen ga komen. Of misschien zelfs volgend jaar in Zuid-Amerika. Wie weet :)
Mathias is alleen naar de Kong Lo cave vertrokken, de kans is heel groot dat we hem of op de 4000 eilanden of ergens in Cambodia tegenkomen. Michael blijft nog een paar dagen hangen in Vientiane want hij wilt een Thai visa halen hier. Jeff en ik vertrekken vanavond in gezelschap van 2 Duitse meiden naar Pakse en daar dan op de local bus naar de 4000 Eilanden. Ik ga proberen een Thai visum te regelen in Phnom Penh. Een 30-dagen visa zal voldoen. 15 dagen, wat je standaard krijgt bij een overlandse grensoversteek, is niet voldoende.
Ik heb hier niets anders gedaan dan lui in een hangmat hangen en lezen.
Deed echt deugd om nog eens een paar dagen nix te doen. Het dorpje hier op Don Det voorziet in alle mogelijkheden om niet verder dan 200m te moeten lopen. Probleem is dat ik stillekesaan wel door mijn kips geraak. Ik vertrek alleen naar Phnom Penh. De anderen gaan allemaal rechtstreeks naar Sien Reap. De meesten hebben genoeg met het 15 dagen visum. Voor mij gaat dat niet voldoende zijn... Dus ik moet een gratis visum gaan halen in een ambassade. Nu, ik had sowieso naar de hoofdstad gegaan, alleen al voor het Selong Museum en de Killing Fields. Alle backpackers zeggen evewel dat het niet de aangenaamste stad is. Ik ben benieuwd.
De rit naar Phnom Penh was in ieder geval de moeite. Het duurde 2h voor de bus kwam opdagen en een echte uitleg kregen we niet. "Don't worry, bus will come..." kreeg je te horen, tot je er compleet gek van werd. Eens de bus er was, verliep alles vlotjes. De grensovergang was supersimpel, aleen moest er ook hier weer stempelgeld betaald worden. 2 USD aan Loas zijde, 2 aan de Cambodiaanse kant (+ de 23 voor de visa on arrival). Het Cambodiaanse landschap is to-taal anders dan het Laotiaanse, weg zijn de bergen en heuvels, het is hier redelijk plat en dat zie je ook aan de vegetatie. Ook heb ik hier sinds lang weer een enkele zwermen volgels gezien. In Laos heb ik hoop en al 25 vogels gezien op de 2 weken dat ik er was. Maar die 2 weken waren wel de beste 2 van de hele trip. Zo chill en relaxed. elke avond 'smashed' om het in de woorden van Jef te zeggen. Als alles meezit kan ik vrijdag of zaterdag me terug bij de groep voegen....
Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodia. Volgens velen is het een stad waar jeniet al te lang moet blijven. De meeste backpackers die ik ben tegengekomen waren niet erg te spreken over de stad. OK, de opdringerige tuktuk-chauffeurs zijn wel een probleem, maar af en toe vind je er een leuke die niet al te duur is. En eentje die ook wat weet over de stad en je dus een aangename rit kan bezorgen. (Ik had die chance). De Thaise ambassade hier is geen aanrader! 's Morgens mijn paspoort binnengebracht via een agent die me 20 USD aanrekende, maar zo was ik ten minste zeker dat ik nog diezelfde dag het visum zou ontvangen. Anders had ik moeten wachten tot 15-12, en das toch net iets te lang :)
Om een lang verhaal kort te maken. Ik heb 4 uur moeten wachten eer ik mijn paspoort terugkreeg. Normaal moestik het paspoort ophalen tussen 15 en 16h, ik heb het dus pas teruggekregen om 1945h. Niet erg leuk, gelukkig was ik niet de enige die dit probleem ondervond. Morgen met de bus naar Siem Reap, en dan zien we wel weer...
De laatste dag in Pnomh Penh was een roetsjdag. Veel afgehaspeld op korte tijd. Gelukkig was dit mogelijk zonder al te veel informatie en gegevens te missen. Resultaat is dat ik veel heb uitgegeven :)
De Tuol Sleng gevangenis en de Killing Fields zijn een must see om het Rode Khmer verleden beter te begrijpen. Vergelijk het met het Nazi-verleden en de relicten daarvan. Het is onmogelijk om de gruwel te beschijven. Zelfs de Killing Fields (er zijn zo'n 300 sites in Cambodia), hoe stil en mooi de omgeving ook is benemen je de adem als je tussen de massagraven loopt. Of als je stukjes knoken en tanden op de grond zie liggen...
Ook het Koniklijk Paleis is een aanrader. Vooral de Zilveren Pagode. Een pagode waarvan alle tegels platen zijn van 1kg zilver. onvoorstelbaar!
Mathias is alleen naar de Kong Lo cave vertrokken, de kans is heel groot dat we hem of op de 4000 eilanden of ergens in Cambodia tegenkomen. Michael blijft nog een paar dagen hangen in Vientiane want hij wilt een Thai visa halen hier. Jeff en ik vertrekken vanavond in gezelschap van 2 Duitse meiden naar Pakse en daar dan op de local bus naar de 4000 Eilanden. Ik ga proberen een Thai visum te regelen in Phnom Penh. Een 30-dagen visa zal voldoen. 15 dagen, wat je standaard krijgt bij een overlandse grensoversteek, is niet voldoende.
Ik heb hier niets anders gedaan dan lui in een hangmat hangen en lezen.
Deed echt deugd om nog eens een paar dagen nix te doen. Het dorpje hier op Don Det voorziet in alle mogelijkheden om niet verder dan 200m te moeten lopen. Probleem is dat ik stillekesaan wel door mijn kips geraak. Ik vertrek alleen naar Phnom Penh. De anderen gaan allemaal rechtstreeks naar Sien Reap. De meesten hebben genoeg met het 15 dagen visum. Voor mij gaat dat niet voldoende zijn... Dus ik moet een gratis visum gaan halen in een ambassade. Nu, ik had sowieso naar de hoofdstad gegaan, alleen al voor het Selong Museum en de Killing Fields. Alle backpackers zeggen evewel dat het niet de aangenaamste stad is. Ik ben benieuwd.
De rit naar Phnom Penh was in ieder geval de moeite. Het duurde 2h voor de bus kwam opdagen en een echte uitleg kregen we niet. "Don't worry, bus will come..." kreeg je te horen, tot je er compleet gek van werd. Eens de bus er was, verliep alles vlotjes. De grensovergang was supersimpel, aleen moest er ook hier weer stempelgeld betaald worden. 2 USD aan Loas zijde, 2 aan de Cambodiaanse kant (+ de 23 voor de visa on arrival). Het Cambodiaanse landschap is to-taal anders dan het Laotiaanse, weg zijn de bergen en heuvels, het is hier redelijk plat en dat zie je ook aan de vegetatie. Ook heb ik hier sinds lang weer een enkele zwermen volgels gezien. In Laos heb ik hoop en al 25 vogels gezien op de 2 weken dat ik er was. Maar die 2 weken waren wel de beste 2 van de hele trip. Zo chill en relaxed. elke avond 'smashed' om het in de woorden van Jef te zeggen. Als alles meezit kan ik vrijdag of zaterdag me terug bij de groep voegen....
Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodia. Volgens velen is het een stad waar jeniet al te lang moet blijven. De meeste backpackers die ik ben tegengekomen waren niet erg te spreken over de stad. OK, de opdringerige tuktuk-chauffeurs zijn wel een probleem, maar af en toe vind je er een leuke die niet al te duur is. En eentje die ook wat weet over de stad en je dus een aangename rit kan bezorgen. (Ik had die chance). De Thaise ambassade hier is geen aanrader! 's Morgens mijn paspoort binnengebracht via een agent die me 20 USD aanrekende, maar zo was ik ten minste zeker dat ik nog diezelfde dag het visum zou ontvangen. Anders had ik moeten wachten tot 15-12, en das toch net iets te lang :)
Om een lang verhaal kort te maken. Ik heb 4 uur moeten wachten eer ik mijn paspoort terugkreeg. Normaal moestik het paspoort ophalen tussen 15 en 16h, ik heb het dus pas teruggekregen om 1945h. Niet erg leuk, gelukkig was ik niet de enige die dit probleem ondervond. Morgen met de bus naar Siem Reap, en dan zien we wel weer...
De laatste dag in Pnomh Penh was een roetsjdag. Veel afgehaspeld op korte tijd. Gelukkig was dit mogelijk zonder al te veel informatie en gegevens te missen. Resultaat is dat ik veel heb uitgegeven :)
De Tuol Sleng gevangenis en de Killing Fields zijn een must see om het Rode Khmer verleden beter te begrijpen. Vergelijk het met het Nazi-verleden en de relicten daarvan. Het is onmogelijk om de gruwel te beschijven. Zelfs de Killing Fields (er zijn zo'n 300 sites in Cambodia), hoe stil en mooi de omgeving ook is benemen je de adem als je tussen de massagraven loopt. Of als je stukjes knoken en tanden op de grond zie liggen...
Ook het Koniklijk Paleis is een aanrader. Vooral de Zilveren Pagode. Een pagode waarvan alle tegels platen zijn van 1kg zilver. onvoorstelbaar!
zaterdag 4 december 2010
Vang Vieng en Vientiane
Heel de toeristische sector in Vang Vieng is maar rond een ding gebouwd: Tubing.
in het kort: gezeten in een binnenband de rivier volgen voor 4km en af en toe (of juist heel veel) eens stoppen aan de ontelbare barrekes op de oevers.
Resultaat: 75% van de toeristen komt rond 18h ladderzat aan in het dorpje en duikt dan een restaurant/bar in om het feestje verder te zetten.
Conclusie: niet echt mijn ding.
En de ervaring heeft mij geleerd dat ik voor 75% gelijk had. Het laatste deel (ongeveer de helft) drijf je inderdaad in een mooie omgeving rond. Eentje die (nog) niet is aangetast door het idee van geld. Het tuben zelf was niet erg speciaal, je gleed rustig door het water en af en toe moest je je gat eens opheffen. Als je dat niet deed kon het wel eens zijn dat je bleef hangen achter rotsen. Er waren 25 barrekes op de eerste kilometer. Resultaat is dat het overgrote merendeel van de tubers de laatste 2 km ladderzat afleggen of dat ze kiezen voor een tuk-tuk terug naar het centrum. Een stad kan je Vang Vieng onmogelijk noemen, het centrum bestaat uit 3 straten en er zijn hoop-en-al 30000 inwoners.
Blijkbaar was er hier ook een of andere Blue Lagoon te zien. Daar zijn we met brommertjes naartoe gereden. Maar dat was een echte afknapper. De grot in de buurt heb ik geskipt, aangezien ik mijn petzel niet bij had. En het is nogal moeilijk om met mijn schitterend nachtzicht een pikdonkere grot te verkennen. Naar het schijnt heb ik niet al te veel gemist. Dit is dus nog maar eens een bewijs dat een reisgids niet altijd kan bekoren (Zowel LP als RG gingen hier de mist in)
De dag daarna zijn we naar Vientiane gereden met de local bus, de goedkoopste optie en dus ook de traagste. Traag omdat de bus al 20 jaar dienst deed en dus niet meer van de snelste was, in Belgie zou die trouwens nooit door de Technische Controle geraken. Daarbovenop is het mogelijk om de local bus op eender welke plaats langs de weg tegen te houden en op te stappen of om goederen mee te geven naar een bestemming op de busroute. Ondertussen is de groep opgesplitst. Lien en William zijn een dag langer in Vang Vieng gebleven.
Vientiane is de rustigste hoofdstad die ik ooit gezien heb. De accomodatie is redelijk duur (heel Laos is eigenlijk relatief duur in vergelijking met Vietnam), maar we hebben dorms gevonden aan 25000 kip (ongeveer 2,5 euro).
Ook hier hebben ze weer een Belgisch cafe, dus nu heb ik me toch maar laten gaan en een lekker frisse Hoegaarden besteld aan 50.000 kip. Heerlijk bij deze bijna ondraagelijke temperaturen en geserveer met zoute nootjes!. Ik heb nu dus in elk land minstens 1 Hoegaarden gedronken. Ook het laatste pakje Belgam 20 is nu in gebruik en ik heb nog 3 repen Cote D'Or Noir de Noir, maar die hou ik voor Kerst en Nieuwjaar. Toch een beetje feest dan :)
.
Het stadscentrum is niet zo uitgebreid dus dat maakte het weer een beetje draaglijker. De stad ligt aan de Mekong, maar die is momenteeel maar half zo groot als de rivierbedding doet vermoeden. Het is dan ook het droge seizoen. Eigenlijk is er hier niet al te veel te zien, uitgezonderd het Koninklijk Paleis en de 10tallen tempels. De ene al wat beter onderhouden dan de andere. Maar je moet hier altijd passeren om naar het zuiden te gaan en zo naar Cambodia. Waarschijnlijk zal de reisgroep hier opsplitsen. Mathias gaat naar de Kong Lo Cave, Jeff gaat naar de 4000 eilanden en Michael is nog niet zeker. Lien en William gaan wss terug naar het noorden richting Chang Mai in Thailand (daar ga ik over een week of twee zijn denk ik).
in het kort: gezeten in een binnenband de rivier volgen voor 4km en af en toe (of juist heel veel) eens stoppen aan de ontelbare barrekes op de oevers.
Resultaat: 75% van de toeristen komt rond 18h ladderzat aan in het dorpje en duikt dan een restaurant/bar in om het feestje verder te zetten.
Conclusie: niet echt mijn ding.
En de ervaring heeft mij geleerd dat ik voor 75% gelijk had. Het laatste deel (ongeveer de helft) drijf je inderdaad in een mooie omgeving rond. Eentje die (nog) niet is aangetast door het idee van geld. Het tuben zelf was niet erg speciaal, je gleed rustig door het water en af en toe moest je je gat eens opheffen. Als je dat niet deed kon het wel eens zijn dat je bleef hangen achter rotsen. Er waren 25 barrekes op de eerste kilometer. Resultaat is dat het overgrote merendeel van de tubers de laatste 2 km ladderzat afleggen of dat ze kiezen voor een tuk-tuk terug naar het centrum. Een stad kan je Vang Vieng onmogelijk noemen, het centrum bestaat uit 3 straten en er zijn hoop-en-al 30000 inwoners.
Blijkbaar was er hier ook een of andere Blue Lagoon te zien. Daar zijn we met brommertjes naartoe gereden. Maar dat was een echte afknapper. De grot in de buurt heb ik geskipt, aangezien ik mijn petzel niet bij had. En het is nogal moeilijk om met mijn schitterend nachtzicht een pikdonkere grot te verkennen. Naar het schijnt heb ik niet al te veel gemist. Dit is dus nog maar eens een bewijs dat een reisgids niet altijd kan bekoren (Zowel LP als RG gingen hier de mist in)
De dag daarna zijn we naar Vientiane gereden met de local bus, de goedkoopste optie en dus ook de traagste. Traag omdat de bus al 20 jaar dienst deed en dus niet meer van de snelste was, in Belgie zou die trouwens nooit door de Technische Controle geraken. Daarbovenop is het mogelijk om de local bus op eender welke plaats langs de weg tegen te houden en op te stappen of om goederen mee te geven naar een bestemming op de busroute. Ondertussen is de groep opgesplitst. Lien en William zijn een dag langer in Vang Vieng gebleven.
Vientiane is de rustigste hoofdstad die ik ooit gezien heb. De accomodatie is redelijk duur (heel Laos is eigenlijk relatief duur in vergelijking met Vietnam), maar we hebben dorms gevonden aan 25000 kip (ongeveer 2,5 euro).
Ook hier hebben ze weer een Belgisch cafe, dus nu heb ik me toch maar laten gaan en een lekker frisse Hoegaarden besteld aan 50.000 kip. Heerlijk bij deze bijna ondraagelijke temperaturen en geserveer met zoute nootjes!. Ik heb nu dus in elk land minstens 1 Hoegaarden gedronken. Ook het laatste pakje Belgam 20 is nu in gebruik en ik heb nog 3 repen Cote D'Or Noir de Noir, maar die hou ik voor Kerst en Nieuwjaar. Toch een beetje feest dan :)
.
Het stadscentrum is niet zo uitgebreid dus dat maakte het weer een beetje draaglijker. De stad ligt aan de Mekong, maar die is momenteeel maar half zo groot als de rivierbedding doet vermoeden. Het is dan ook het droge seizoen. Eigenlijk is er hier niet al te veel te zien, uitgezonderd het Koninklijk Paleis en de 10tallen tempels. De ene al wat beter onderhouden dan de andere. Maar je moet hier altijd passeren om naar het zuiden te gaan en zo naar Cambodia. Waarschijnlijk zal de reisgroep hier opsplitsen. Mathias gaat naar de Kong Lo Cave, Jeff gaat naar de 4000 eilanden en Michael is nog niet zeker. Lien en William gaan wss terug naar het noorden richting Chang Mai in Thailand (daar ga ik over een week of twee zijn denk ik).
maandag 29 november 2010
Laos (part I)
Tot mijn grote verbazing zaten er geen 3 Belgen op de bus naar Bien Bien Phu maar 4!
De eerste keer dat ik me in een groep verplaats waar het Nederlands de meest gesproken taal is. Er is ook een Duitser en een Singaporiaan. Een toffe bende die allemaal ongeveer hetzelfde denken en willen ervaren.
De rit naar DBP was een hel. 12 dollar voor een 8 uur durende trip waar we eigenlijk als vee behandeld werden. Omdat we op onze strepen stonden was het op de achterbank nog net dragelijk met ons 3 (William, Lien en ik), anders hadden ze er 4 mensen op gepropt en nog enkele rugzakken. De omgeving zelf was de moeite waard, maar de trip was iets minder door de oncomfortabele situatie (rugzakken die de leuningen naar voor duwden, geen beenruimte door opgestapelde rijstzakken). William en Lien, een onlangs getrouwd koppel uit Diest, maakte de rit heel interessant, eindelijk nog eens een hele dag Nederlands spreken en reisverhalen uitwisselen. Ze zijn samen op wereldreis (hun huwelijksreis!!! WAUW) voor een jaar en hebben nog 8 maanden voor de boeg. Na Australie en Nieuw-Zeeland gaan ze naar Zuid-Amerika... Kans dat we elkaar daar dus ook nog tegenkomen. De 4e Belg is Matthias uit Antwerpen, hij is 3 maanden aan het reizen in Zuid-Oost Azie. De Duitser, Michael, is na een jaar Australie aan het terugkeren naar Europa. De Singaporiaan, Jeff (de chef) reist op zijn eentje door Azie.
Na de busrit naar DBP zijn we met zijn zessen samen op zoek gegaan naar een slaapplaats en eten. Omdat we toch allemaal naar Laos gingen heeft er zich een natuurlijke groep gevormd. Gelukkig maar, want dat maakte de reis een stuk aangenamer.
De rit van Dien Bien Phu naar Nong Khiaw was iets comfortabeler en tot de grensovergang in Tay Trang zelfs aangenaam. Het landschap in Laos toonde direct veel rauwer aan, veel indrukwekkender ook. De wegen zijn echter in erbarmelijke staat. Maar daar wordt aan gewerkt, letterlijk en figuurlijk :)
De eerste nacht in Laos was een feest waarbij we genoten hebben van de gastvrijheid van de guest house uitbater. LaoLao (een lokale vodka variant) en de nodige natuurlijke genotsmiddelen hebben de avond snel doen voorbij gaan, te snel misschien. In dat guest house verbleven er ook 3 Russen en een stel Fransen. Die eerste waren nog wel ok, maar de Fransen in deze streek zijn over't algemeen vrij bazig en opdringerig. Iets waar alle Belgen in de groep een hekel aan hadden. Vooral Lien en ik ergerden er ons aan en we hebben er dan ook alles aan gedaan om hen zo snel mogelijk te lozen. Spijtig genoeg is ons dat niet gelukt voor de volgende middag.
Na een nachtje zijn we vertrokken naar de volgende stad, Muang Ngio. Om de bussen te vermijden hebben we iets meer geld gespendeerd aan een slow boot die de rivier afvaardde, later bleek dat dit stadje alleen te bereiken is via de rivier. Een mooie trip door het prachtige landschap van Laos. Onderweg heeft de kapitein wel even een technisch probleem moeten verhelpen. Maar door de omgeving en het gezelschap vloog de tijd.
Na aankomst en het settelen in een guesthouse zijn we een grot gaan bezoeken. De wandeling er naartoe was een ware openbaring voor me. Bomen, planten en beesten die ik nog nooit gezien had. Spinnen die formaten hebben waar de gemiddelde westerse stadsmens gillend van gaat lopen (en ik heb dit dus echt zien gebeuren). De grot zelf was de anderhalver euro inkom zeker waard. Een aantal van ons zijn de grot binnen gegaan en op verkenning gegaan. Mooi en interessant, maar het gebrek aan genoeg licht was soms wel een handicap van jewelste.
electriciciteit was er maar een paar uur voorhanden daar die ter plaatste opgewekt werd met behulp van generatoren. Bijna alle luxe producten en gebottelde dranken moeten via de rivier aangevoerd worden. Ongeloofelijk!
Ondertussen ben ik in Luang Prabang, een stadje van 44000 inwoners aan de Mekong-rivier. We zijn hier geraakt na een 45 minuten durende boottrip gevolgd door een 3,5 urende busrit. Een rit die voor het eerst sinds we in Laos zijn over een geasfalteerde baan ging. Niet dat dit de kwaliteit van de reis veel verbeterde... Het stadje zelf is zeer toeristisch, maar de prijzen op de markt zijn draaglijker. We zijn nog steeds op stap met zijn zessen. Kans is groot dat nog zo even blijft. Elke dag bespreken we bij het ontbijt wat we gaan doen. Ik hou wel van deze manier van reizen...
Quote van de dag: "Pukkelpop-bandjes, dat kan niet anders dan een Belg zijn." In Laos ben ik al meer Belgen tegengekomen, dan de eerste 3 maanden van de reis. Zijn Rusland en China dan zo'n uitzonderlijke bestemmingen?
Het meest absurde, maar tevens ook smakelijkste gerecht was de stoofvlees met friet en mayonnaise in The House. Een restaurant uitgebaat door een koppel uitgeweken Belgen, met restaurantervaringen Heerlijk, maar duur... en ook gevaarlijk voor een maag die geen Westers eten meer gewoon is! :)
De bezienswaardigheden in Luang Prabang zijn de Xansi watervallen en de Pak Ou Caves.
De laatsten, 2 ondiepe grotten op 25km van het stadscentrum zijn niet meer dan een toeristenval. De grotten zelf zijn de moeite niet om te bezoeken en dat wat het wel de moeite zou moeten maken is enorm overschat. Een 4000tal Boedha beeldjes (de meesten zijn niet groter dan 25cm) zijn er in de loop van de tijd verzamelt. Het is zo'n beetje het Scherpenheuvel van Laos.
De watervallen die ook een eind van de het stadscentum liggen, zijn daarentegen wel het bezoeken waard. Het geheel is omgetoverd tot een park van rust en natuur. Ondanks de vele bezoekers is het er toch rustig en helemaal niet onmogelijk om je een plekje te zoeken waar niemand komt en te genieten van de vele zwemmogelijkheden die het park je biedt. De klim naar de top van de watervallen is niet al te moeilijk, maar het was een kleine uitdaging, die ik niet volledig beeindigd heb omdat ik geen reservekledij bijhad en geen goesting had om met natte schoenen rond te lopen :)
De laatste avond zijn we de Russen weer tegengekomen. Jeff en Michael hebben hier erg van genoten heb ik zo den indruk...
Het internet is in Laos niet zo weidverspreid als in de overige landen waar ik gepasseerd ben, en ook de snelheid laat te wensen over. Dus een update of een reactie kan wat op zich laten wachten :)
De eerste keer dat ik me in een groep verplaats waar het Nederlands de meest gesproken taal is. Er is ook een Duitser en een Singaporiaan. Een toffe bende die allemaal ongeveer hetzelfde denken en willen ervaren.
De rit naar DBP was een hel. 12 dollar voor een 8 uur durende trip waar we eigenlijk als vee behandeld werden. Omdat we op onze strepen stonden was het op de achterbank nog net dragelijk met ons 3 (William, Lien en ik), anders hadden ze er 4 mensen op gepropt en nog enkele rugzakken. De omgeving zelf was de moeite waard, maar de trip was iets minder door de oncomfortabele situatie (rugzakken die de leuningen naar voor duwden, geen beenruimte door opgestapelde rijstzakken). William en Lien, een onlangs getrouwd koppel uit Diest, maakte de rit heel interessant, eindelijk nog eens een hele dag Nederlands spreken en reisverhalen uitwisselen. Ze zijn samen op wereldreis (hun huwelijksreis!!! WAUW) voor een jaar en hebben nog 8 maanden voor de boeg. Na Australie en Nieuw-Zeeland gaan ze naar Zuid-Amerika... Kans dat we elkaar daar dus ook nog tegenkomen. De 4e Belg is Matthias uit Antwerpen, hij is 3 maanden aan het reizen in Zuid-Oost Azie. De Duitser, Michael, is na een jaar Australie aan het terugkeren naar Europa. De Singaporiaan, Jeff (de chef) reist op zijn eentje door Azie.
Na de busrit naar DBP zijn we met zijn zessen samen op zoek gegaan naar een slaapplaats en eten. Omdat we toch allemaal naar Laos gingen heeft er zich een natuurlijke groep gevormd. Gelukkig maar, want dat maakte de reis een stuk aangenamer.
De rit van Dien Bien Phu naar Nong Khiaw was iets comfortabeler en tot de grensovergang in Tay Trang zelfs aangenaam. Het landschap in Laos toonde direct veel rauwer aan, veel indrukwekkender ook. De wegen zijn echter in erbarmelijke staat. Maar daar wordt aan gewerkt, letterlijk en figuurlijk :)
De eerste nacht in Laos was een feest waarbij we genoten hebben van de gastvrijheid van de guest house uitbater. LaoLao (een lokale vodka variant) en de nodige natuurlijke genotsmiddelen hebben de avond snel doen voorbij gaan, te snel misschien. In dat guest house verbleven er ook 3 Russen en een stel Fransen. Die eerste waren nog wel ok, maar de Fransen in deze streek zijn over't algemeen vrij bazig en opdringerig. Iets waar alle Belgen in de groep een hekel aan hadden. Vooral Lien en ik ergerden er ons aan en we hebben er dan ook alles aan gedaan om hen zo snel mogelijk te lozen. Spijtig genoeg is ons dat niet gelukt voor de volgende middag.
Na een nachtje zijn we vertrokken naar de volgende stad, Muang Ngio. Om de bussen te vermijden hebben we iets meer geld gespendeerd aan een slow boot die de rivier afvaardde, later bleek dat dit stadje alleen te bereiken is via de rivier. Een mooie trip door het prachtige landschap van Laos. Onderweg heeft de kapitein wel even een technisch probleem moeten verhelpen. Maar door de omgeving en het gezelschap vloog de tijd.
Na aankomst en het settelen in een guesthouse zijn we een grot gaan bezoeken. De wandeling er naartoe was een ware openbaring voor me. Bomen, planten en beesten die ik nog nooit gezien had. Spinnen die formaten hebben waar de gemiddelde westerse stadsmens gillend van gaat lopen (en ik heb dit dus echt zien gebeuren). De grot zelf was de anderhalver euro inkom zeker waard. Een aantal van ons zijn de grot binnen gegaan en op verkenning gegaan. Mooi en interessant, maar het gebrek aan genoeg licht was soms wel een handicap van jewelste.
electriciciteit was er maar een paar uur voorhanden daar die ter plaatste opgewekt werd met behulp van generatoren. Bijna alle luxe producten en gebottelde dranken moeten via de rivier aangevoerd worden. Ongeloofelijk!
Ondertussen ben ik in Luang Prabang, een stadje van 44000 inwoners aan de Mekong-rivier. We zijn hier geraakt na een 45 minuten durende boottrip gevolgd door een 3,5 urende busrit. Een rit die voor het eerst sinds we in Laos zijn over een geasfalteerde baan ging. Niet dat dit de kwaliteit van de reis veel verbeterde... Het stadje zelf is zeer toeristisch, maar de prijzen op de markt zijn draaglijker. We zijn nog steeds op stap met zijn zessen. Kans is groot dat nog zo even blijft. Elke dag bespreken we bij het ontbijt wat we gaan doen. Ik hou wel van deze manier van reizen...
Quote van de dag: "Pukkelpop-bandjes, dat kan niet anders dan een Belg zijn." In Laos ben ik al meer Belgen tegengekomen, dan de eerste 3 maanden van de reis. Zijn Rusland en China dan zo'n uitzonderlijke bestemmingen?
Het meest absurde, maar tevens ook smakelijkste gerecht was de stoofvlees met friet en mayonnaise in The House. Een restaurant uitgebaat door een koppel uitgeweken Belgen, met restaurantervaringen Heerlijk, maar duur... en ook gevaarlijk voor een maag die geen Westers eten meer gewoon is! :)
De bezienswaardigheden in Luang Prabang zijn de Xansi watervallen en de Pak Ou Caves.
De laatsten, 2 ondiepe grotten op 25km van het stadscentrum zijn niet meer dan een toeristenval. De grotten zelf zijn de moeite niet om te bezoeken en dat wat het wel de moeite zou moeten maken is enorm overschat. Een 4000tal Boedha beeldjes (de meesten zijn niet groter dan 25cm) zijn er in de loop van de tijd verzamelt. Het is zo'n beetje het Scherpenheuvel van Laos.
De watervallen die ook een eind van de het stadscentum liggen, zijn daarentegen wel het bezoeken waard. Het geheel is omgetoverd tot een park van rust en natuur. Ondanks de vele bezoekers is het er toch rustig en helemaal niet onmogelijk om je een plekje te zoeken waar niemand komt en te genieten van de vele zwemmogelijkheden die het park je biedt. De klim naar de top van de watervallen is niet al te moeilijk, maar het was een kleine uitdaging, die ik niet volledig beeindigd heb omdat ik geen reservekledij bijhad en geen goesting had om met natte schoenen rond te lopen :)
De laatste avond zijn we de Russen weer tegengekomen. Jeff en Michael hebben hier erg van genoten heb ik zo den indruk...
Het internet is in Laos niet zo weidverspreid als in de overige landen waar ik gepasseerd ben, en ook de snelheid laat te wensen over. Dus een update of een reactie kan wat op zich laten wachten :)
dinsdag 23 november 2010
Sapa en omstreken
Na een min of meer geslaagde driedaagse in Ha Long Bay. Het weer was ok, de tour op zich ook, de deelnemers niet altijd :)
De avond na de laatste dag van de tour ben ik direct vertrokken naar Sapa. Het bleek dat nog 4 andere van die Bay tour naar Sapa gingen. Een Canadese, Een Duitse en een koppel Nieuw-Zeelanders. Vooral die laatsten waren geweldig reisgezelschap. Heel de trip was een aaneenschakeling van hoogtepunten, aangename verrassigen en keihard onderhandelen :)
Het begon al bij de nachttrein, zonder nadenken een ticket bestellen is niet altijd slim! De eerste de beste trein is niet noodzakelijk de beste. Aankomen om 0500h in de ochtend is niet altijd ideaal :) Het heeft wel het voordeel dat bij aankomst in Sapa (zo'n 35km van het station in Lao Cai) er nog kamers over zijn in alle hotels.
De eerste dag zijn we met de scooter op verkenning vertrokken naar de Silver Waterfalls. Een mooie waterval ware het niet dat deplek achter de weg omgetoverd was in een mini-vuilnisbelt. Een probleem dat blijkbaar wel meerdere landen ondervinden.
Diezelfde middag zijn we nog naar een andere plek gereden. Beter bekend als de 'mud slide'. Toeristen moesten daar een redelijke steile hellig naar beneden komen, door het natte weer was het pad een echte glijbaan. Tor ons groot jolijt gingen alle toeristen op hun bek (de beste sturlui staan aan wal), de lokale bevolking liep de berg op met een gevulde rugmand alsof het niets was.
Eens terug op de scooters was het genieten van het landschap. Het weer zat niet helemaal mee, maar als we uit de wolken kwamen was het adembenemd.
Zondag zijn we naar de zogenaamde inheemse markt van Bac Ha gegaan. Wij hebben ook een tour genomen omdat dat nu eenmaal handiger is voor het vervoer. hoewel, eens op de markt, bleek dat er op eigen houtje heengaan best mogelijk is en met wat chance zelfs sneller. Goedkoiper is het zeker en vast, maar wij wilden het risico niet lopen. De markt zelf was ok, maar verschilde in niets met een lokale Bolviaanse markt. de typische lokale klederdracht, de nodige toeristische spullen en eten. De dag wer echt goedgemaakt door het hemelse weer, waardoor het helemaal niet erg was om 3h op een markt te lopen. En kopojes probeert te doen, maar je hebt telkens weer het gevoel dat ze je afzetten. De helft van de bezoekers waren trouwens toeristen die tussen twaalf en een in een bus geladen werden en naar het station Van Lau Cai gereden werden. Maar op de terugrit werden er nog enkele lokale bezienswaardigheden aangedaan: een voor toeristen aangepaste lokale woning en de Vietnamees-Chinese grens. Waar ik een aantal mooie zonsondergangfoto's heb kunnen trekken.
Dag drie was de dag!
Een homestay bij de H'mong een lokale bergstam.
De wandeling naar het huis van May was op zich al de moeite. Niet echt een routedie je zou uitkiezen, mocht je daar op je eentje rondwandelen. Natuulijk kregen we de nodige toerischtische praatjes te horen, Maar dat hoort er nu eenmaal bij in deze regio. Ze hebben allemaal goed door wat geld in het laadje brengt :)
Het weer was terug aangenaam, wat de trip door de vallei een leuke toch maakte. Aangekomen in het dorp werden we over modderige, kronkelende paadjes naar May's huis geleid op de flank van een berg. Onderweg ben ik een groepsreis van Belgen tegengekomen, Vlamingen zoals ze zichzelf noemden. De Chinezen en Vietnamezen weten nog eens Belgie lniet liggen, laat staan dat ze Vlaanderen ooit zouden leren kennen. Veel ongeloof en verwondering toen ze mijn route te weten kwamen. Het simpele maar degelijk huis is volledig uit hout gebouwd door May's man, uitgezonderd een functionele salontafel en bijhorende lage bankjes, die werden bovengehaald indien nodig en een TV-meubel was er niets in het huis. We brachten de nacht daar door. Ik in het bed van de oudste zonn, Tara en Gary (NZ) in het echtelijk bed. Tot onze grote verbazing werden er voor het eten enkele gebeden opbezegd die eindigden in amen. Blijkbaar hebben de Franse paterkes toch een serieuze indruk achter gelaten. Om 2130h, na een geanimeerd gesprek en de bijbelstudie met enkele buren, kroop iedereen onder de wol en was het gedaan voor de dag, die om 0500h al terug zou beginnen met het bereiden van het varkenseten :)
Na het ontbijt enkele uren later (gekookte mais met rijst en varkensvlees) werden we meegenomen op een trip door het platteland (allezja plat is een groot woord). Het weer was omgeslagen en we zagen amper 250m ver. Bij een uitstekende lunch (noedels, rijst, een of andere groene groente en ei) werden nog enkele zakelijke transacties afgewerkt die de nodige ergernis aan beide kanten opleverde. Een misverstand over de prijs door verkeerd begrepen bedragen is nooit leuk, maar na het nodige argumeteren en onderhandelen zijn we mijns inziens toch een faire prijs
overeengekomen. Het resultaat is dat we een ervaring rijker zijn en enkele mooie souvernirs hebben bemachtigd.
De terugweg naar Sapa was een wandeling van 10km bergop in een grijze nevel die je kletsnat maakte. Het zicht was verminderd to hoop en al 70m, maar dat maakte het allemaal nog mysterieuzer. Het gevaar kam van de brommers die zonder licht reden in deze erwtensoep. Gewoon onbegrijpelijk en onverantwoord. Maar blijkbaar dagelijkse kost. En dan te weten dat de H'Mong deze route 2xdaags afleggen...
Nu op naar Dien Bien Phu en tot mijn grote verwondering zal ik de busrit delen met 2 Nederlandstalige Belgen!
De avond na de laatste dag van de tour ben ik direct vertrokken naar Sapa. Het bleek dat nog 4 andere van die Bay tour naar Sapa gingen. Een Canadese, Een Duitse en een koppel Nieuw-Zeelanders. Vooral die laatsten waren geweldig reisgezelschap. Heel de trip was een aaneenschakeling van hoogtepunten, aangename verrassigen en keihard onderhandelen :)
Het begon al bij de nachttrein, zonder nadenken een ticket bestellen is niet altijd slim! De eerste de beste trein is niet noodzakelijk de beste. Aankomen om 0500h in de ochtend is niet altijd ideaal :) Het heeft wel het voordeel dat bij aankomst in Sapa (zo'n 35km van het station in Lao Cai) er nog kamers over zijn in alle hotels.
De eerste dag zijn we met de scooter op verkenning vertrokken naar de Silver Waterfalls. Een mooie waterval ware het niet dat deplek achter de weg omgetoverd was in een mini-vuilnisbelt. Een probleem dat blijkbaar wel meerdere landen ondervinden.
Diezelfde middag zijn we nog naar een andere plek gereden. Beter bekend als de 'mud slide'. Toeristen moesten daar een redelijke steile hellig naar beneden komen, door het natte weer was het pad een echte glijbaan. Tor ons groot jolijt gingen alle toeristen op hun bek (de beste sturlui staan aan wal), de lokale bevolking liep de berg op met een gevulde rugmand alsof het niets was.
Eens terug op de scooters was het genieten van het landschap. Het weer zat niet helemaal mee, maar als we uit de wolken kwamen was het adembenemd.
Zondag zijn we naar de zogenaamde inheemse markt van Bac Ha gegaan. Wij hebben ook een tour genomen omdat dat nu eenmaal handiger is voor het vervoer. hoewel, eens op de markt, bleek dat er op eigen houtje heengaan best mogelijk is en met wat chance zelfs sneller. Goedkoiper is het zeker en vast, maar wij wilden het risico niet lopen. De markt zelf was ok, maar verschilde in niets met een lokale Bolviaanse markt. de typische lokale klederdracht, de nodige toeristische spullen en eten. De dag wer echt goedgemaakt door het hemelse weer, waardoor het helemaal niet erg was om 3h op een markt te lopen. En kopojes probeert te doen, maar je hebt telkens weer het gevoel dat ze je afzetten. De helft van de bezoekers waren trouwens toeristen die tussen twaalf en een in een bus geladen werden en naar het station Van Lau Cai gereden werden. Maar op de terugrit werden er nog enkele lokale bezienswaardigheden aangedaan: een voor toeristen aangepaste lokale woning en de Vietnamees-Chinese grens. Waar ik een aantal mooie zonsondergangfoto's heb kunnen trekken.
Dag drie was de dag!
Een homestay bij de H'mong een lokale bergstam.
De wandeling naar het huis van May was op zich al de moeite. Niet echt een routedie je zou uitkiezen, mocht je daar op je eentje rondwandelen. Natuulijk kregen we de nodige toerischtische praatjes te horen, Maar dat hoort er nu eenmaal bij in deze regio. Ze hebben allemaal goed door wat geld in het laadje brengt :)
Het weer was terug aangenaam, wat de trip door de vallei een leuke toch maakte. Aangekomen in het dorp werden we over modderige, kronkelende paadjes naar May's huis geleid op de flank van een berg. Onderweg ben ik een groepsreis van Belgen tegengekomen, Vlamingen zoals ze zichzelf noemden. De Chinezen en Vietnamezen weten nog eens Belgie lniet liggen, laat staan dat ze Vlaanderen ooit zouden leren kennen. Veel ongeloof en verwondering toen ze mijn route te weten kwamen. Het simpele maar degelijk huis is volledig uit hout gebouwd door May's man, uitgezonderd een functionele salontafel en bijhorende lage bankjes, die werden bovengehaald indien nodig en een TV-meubel was er niets in het huis. We brachten de nacht daar door. Ik in het bed van de oudste zonn, Tara en Gary (NZ) in het echtelijk bed. Tot onze grote verbazing werden er voor het eten enkele gebeden opbezegd die eindigden in amen. Blijkbaar hebben de Franse paterkes toch een serieuze indruk achter gelaten. Om 2130h, na een geanimeerd gesprek en de bijbelstudie met enkele buren, kroop iedereen onder de wol en was het gedaan voor de dag, die om 0500h al terug zou beginnen met het bereiden van het varkenseten :)
Na het ontbijt enkele uren later (gekookte mais met rijst en varkensvlees) werden we meegenomen op een trip door het platteland (allezja plat is een groot woord). Het weer was omgeslagen en we zagen amper 250m ver. Bij een uitstekende lunch (noedels, rijst, een of andere groene groente en ei) werden nog enkele zakelijke transacties afgewerkt die de nodige ergernis aan beide kanten opleverde. Een misverstand over de prijs door verkeerd begrepen bedragen is nooit leuk, maar na het nodige argumeteren en onderhandelen zijn we mijns inziens toch een faire prijs
overeengekomen. Het resultaat is dat we een ervaring rijker zijn en enkele mooie souvernirs hebben bemachtigd.
De terugweg naar Sapa was een wandeling van 10km bergop in een grijze nevel die je kletsnat maakte. Het zicht was verminderd to hoop en al 70m, maar dat maakte het allemaal nog mysterieuzer. Het gevaar kam van de brommers die zonder licht reden in deze erwtensoep. Gewoon onbegrijpelijk en onverantwoord. Maar blijkbaar dagelijkse kost. En dan te weten dat de H'Mong deze route 2xdaags afleggen...
Nu op naar Dien Bien Phu en tot mijn grote verwondering zal ik de busrit delen met 2 Nederlandstalige Belgen!
dinsdag 16 november 2010
Hanoi
Geen idee wat ik van deze stad denk.
Het is hier zo chaotisch en drukkend warm dat je er zelfs niet aan toekomt om na te denken. Je doet niets anders dan eventjes rondwandelen in the Old Quarters en je voelt het zweet zo aan je lichaam plakken. Als ik mezelf een beetje ken, kost het me een aantal dagen om het gewoon te worden. Hitte kan je dit onmogelijk noemen, het is nog eens geen 30 graden Celsius. De zon heb ik evenwel nog niet gezien hier in Hanoi.
Het verkeer is een hel. Maar daar had men mij voor gewaarschuwd. Voetpaden worden gebruikt als brommerstallingen zodat voetgangers gedwongen worden om op straat te lopen. Ondertussen heb ik al ondervonden dat het veiliger is om tegen de verkeersstroom in te wandelen. Zo zie je de scooters en auto's tenminste aankomen en kan je, indien nodig, tijdig een veilig heenkomen zoeken. Dit laatste is niet altijd evident vanwege het gebrek an ruimte.
Als toerist word je om de 5 meter aangesproken. Ofwel proberen ze je te overtuigen om toch maar achterop een scooter te springen ofwel proberen ze je allerhande rommel te slijten. Na een tijdje leer je het om door middel van je ogen een negatief antwoord te geven. Als je rondwandelt met een koptelefoon op je hoofd is het zelfs nog simpeler, ze doen dan geen moeite meer, probleem is dan wel dat je het verkeer niet meer hoort :s
De interessante musea hier zijn spijtig genoeg iets te veel beinvloed door de progandistische visie op het verleden.
Hanoi Hilton, de plaats waar Amerikaanse P.O.W. gevangen werden gehouden is niet echt wat ik ervan verwachtte. Het Oorlogsmuseum was zelf nog erger. Er zorden een paar Amerikaanse toestellen getoond die veroverd werden tijdens de oorlog, maar de bijschriften zijn allemaal zo progandistisch dat je er knettregek van wordt! De DMZ-zone in Zuid-Korea was zelfs niet zo erg. Erg spijtig, maar misschien niet zo onbegrijpelijk, gezien het politieke verleden van het land. Naar het schijnt is het iets minder erg in Saigon, naar dan nog...
Morgen ga ik naar Ha Long Bay.
Ok, ik doe het niet op mijn eentje, maar maak gebruik van een redelijke dure tour (2950000 dong) georganiseerd door het Hostel. Naar wat ik vernomen en gelezen heb is dat eigenlijk de veiligste oplossing. Alleen vrees ik een beetje dat het een zuip- en party-tour gaat worden en mezelf kennende zou ik me daar wel eens aan kunnen ergeren. Het ergste zijn de Britten, die denken maar aan een ding en dat is feesten, Australiers komen op een eervolle 2e plaats, gevolgd door de Duitsters. Raar maar waren zie je hier opvallend weinig Amerikanen, misschien toch niet zo raar als je het verleden van het land bekijkt. En Belgen zijn hier helemaal een uitzondering. :)
Het is hier zo chaotisch en drukkend warm dat je er zelfs niet aan toekomt om na te denken. Je doet niets anders dan eventjes rondwandelen in the Old Quarters en je voelt het zweet zo aan je lichaam plakken. Als ik mezelf een beetje ken, kost het me een aantal dagen om het gewoon te worden. Hitte kan je dit onmogelijk noemen, het is nog eens geen 30 graden Celsius. De zon heb ik evenwel nog niet gezien hier in Hanoi.
Het verkeer is een hel. Maar daar had men mij voor gewaarschuwd. Voetpaden worden gebruikt als brommerstallingen zodat voetgangers gedwongen worden om op straat te lopen. Ondertussen heb ik al ondervonden dat het veiliger is om tegen de verkeersstroom in te wandelen. Zo zie je de scooters en auto's tenminste aankomen en kan je, indien nodig, tijdig een veilig heenkomen zoeken. Dit laatste is niet altijd evident vanwege het gebrek an ruimte.
Als toerist word je om de 5 meter aangesproken. Ofwel proberen ze je te overtuigen om toch maar achterop een scooter te springen ofwel proberen ze je allerhande rommel te slijten. Na een tijdje leer je het om door middel van je ogen een negatief antwoord te geven. Als je rondwandelt met een koptelefoon op je hoofd is het zelfs nog simpeler, ze doen dan geen moeite meer, probleem is dan wel dat je het verkeer niet meer hoort :s
De interessante musea hier zijn spijtig genoeg iets te veel beinvloed door de progandistische visie op het verleden.
Hanoi Hilton, de plaats waar Amerikaanse P.O.W. gevangen werden gehouden is niet echt wat ik ervan verwachtte. Het Oorlogsmuseum was zelf nog erger. Er zorden een paar Amerikaanse toestellen getoond die veroverd werden tijdens de oorlog, maar de bijschriften zijn allemaal zo progandistisch dat je er knettregek van wordt! De DMZ-zone in Zuid-Korea was zelfs niet zo erg. Erg spijtig, maar misschien niet zo onbegrijpelijk, gezien het politieke verleden van het land. Naar het schijnt is het iets minder erg in Saigon, naar dan nog...
Morgen ga ik naar Ha Long Bay.
Ok, ik doe het niet op mijn eentje, maar maak gebruik van een redelijke dure tour (2950000 dong) georganiseerd door het Hostel. Naar wat ik vernomen en gelezen heb is dat eigenlijk de veiligste oplossing. Alleen vrees ik een beetje dat het een zuip- en party-tour gaat worden en mezelf kennende zou ik me daar wel eens aan kunnen ergeren. Het ergste zijn de Britten, die denken maar aan een ding en dat is feesten, Australiers komen op een eervolle 2e plaats, gevolgd door de Duitsters. Raar maar waren zie je hier opvallend weinig Amerikanen, misschien toch niet zo raar als je het verleden van het land bekijkt. En Belgen zijn hier helemaal een uitzondering. :)
zondag 14 november 2010
Friendship Pass
In Yangshuo vertrokken met de bus naar Nanning, een rit van 7h zeiden ze. Het is een trip van bijna 9h geworden, waarvan we toch een dik uur hebben stilgestaan. Was het niet in file op de Expressway, dan was het net voor de busterminal :)
Nuja, als je in China reist dan word je de vetragingen gewoon...
Op de bus zat er een Zwitsers koppel dat hoopte om in een trek door te kunnen reizen naar de grens. Ik wist ondertussen al dat dat een hopeloze zaak zou worden en had mijn voorbereidingen getroffen. We zijn dan maar samen naar het hostel gegaan dat ik de dag ervoor al had gecontacteerd. Vanuit het hostel was het een kwartiertje wandelen naar de terminal vanwaar rechtstreekse bussen naar Hanoi vertrokken. De avond na aankomst zijn we ons ticket gaan halen (148 yuan), De dag erna vertrok de bus om 0800h 's ochtends. Er was een bus vroeger, maar zoals later zou blijken was het een verstandige beslissing om de latere bus te nemen.
In de bus werden we verwelkomd met een flesje water water. De rit zou ongeveer 7h duren, dus dat flesje water was meer dan welkom. Wat we niet wisten is dat we even voor de grens, in het Chinese stadje PingXiang een gratis lunch aangeboden kregen. En ook dat was meer dan welkom! De luch bestond uit rijst, warme groeten en gebakken inktvis. Zeer lekker, hoewel mijn Zwitserse rijskompanen iets minder opgetogen waren :)
20 minuten later arriveerden we aan de Friendship Gate, waar we mochten overstappen in electrische wagentjes. De toeristen en lokalen die op eigen houtje naar de grens reisden moesten wandelen of 10 yuan betalen. De grensformaliteiten waren vrij snel afgehandeld, hoewel de Chinezen een beetje moeilijk deden over mijn pasfoto (getrokken in 2007, dus zonder baard). De Vietnamezen daarentegen bekeken de foto niet eens...
Het vervoer tussen beide controleposten verliep vlot, mede dankzij de elektrische wagentjes :) Een in Vietnam konden we onmiddellijk overstappen in een bus die ons naar Hanoi voerde. In die bus zat een stel Britten dat de bus van 0730h in Nanning had genomen. Zij hadden een halfuur vertraging opgelopen zodat we nu in dezelfde bus naar Hanoi reden. De rit naar Hanoi nam ongeveer 4h in beslag, inclusief de pauze van 20 minuten. Het landschap onderweg verschilde niet veel van het Chinese, maar de huizen zijn wel in een totaal andere stijl opgetrokken. Geen idee of de Franse invloed van het begin van vorige eeuw hier een rol speelt. Op de baan gelden dezelfde regels als in China. Hoe groter het voertuig, hoe belangrijker je bent. Dit leidt natuurlijk tot redelijke rare en gevaarlijke situaties en de nodige ongevallen.
Eens in Hanoi werden we ergens op een plek gedropt die buiten de LP-kaart lag zodat niemand van ons goed wist waar we ergens waren. Uit noodzaak hebben we, ondertussen al met 5 backpackers, maar een taxi naar the Old Quarters genomen. Gelukkig, want dit bleek een rit van bijna 30m te zijn. Gelukkig wist de taxibestuurder het hostel zijn en probeerde hij ons geen ander in de maag te splitsen, want dat is iets waarvoor ze hier gekend zijn...
Mijn eerste indruk van Hanoi is chaos. Hiermee vergeleken is China een strak georganiseerd land!
Nuja, als je in China reist dan word je de vetragingen gewoon...
Op de bus zat er een Zwitsers koppel dat hoopte om in een trek door te kunnen reizen naar de grens. Ik wist ondertussen al dat dat een hopeloze zaak zou worden en had mijn voorbereidingen getroffen. We zijn dan maar samen naar het hostel gegaan dat ik de dag ervoor al had gecontacteerd. Vanuit het hostel was het een kwartiertje wandelen naar de terminal vanwaar rechtstreekse bussen naar Hanoi vertrokken. De avond na aankomst zijn we ons ticket gaan halen (148 yuan), De dag erna vertrok de bus om 0800h 's ochtends. Er was een bus vroeger, maar zoals later zou blijken was het een verstandige beslissing om de latere bus te nemen.
In de bus werden we verwelkomd met een flesje water water. De rit zou ongeveer 7h duren, dus dat flesje water was meer dan welkom. Wat we niet wisten is dat we even voor de grens, in het Chinese stadje PingXiang een gratis lunch aangeboden kregen. En ook dat was meer dan welkom! De luch bestond uit rijst, warme groeten en gebakken inktvis. Zeer lekker, hoewel mijn Zwitserse rijskompanen iets minder opgetogen waren :)
20 minuten later arriveerden we aan de Friendship Gate, waar we mochten overstappen in electrische wagentjes. De toeristen en lokalen die op eigen houtje naar de grens reisden moesten wandelen of 10 yuan betalen. De grensformaliteiten waren vrij snel afgehandeld, hoewel de Chinezen een beetje moeilijk deden over mijn pasfoto (getrokken in 2007, dus zonder baard). De Vietnamezen daarentegen bekeken de foto niet eens...
Het vervoer tussen beide controleposten verliep vlot, mede dankzij de elektrische wagentjes :) Een in Vietnam konden we onmiddellijk overstappen in een bus die ons naar Hanoi voerde. In die bus zat een stel Britten dat de bus van 0730h in Nanning had genomen. Zij hadden een halfuur vertraging opgelopen zodat we nu in dezelfde bus naar Hanoi reden. De rit naar Hanoi nam ongeveer 4h in beslag, inclusief de pauze van 20 minuten. Het landschap onderweg verschilde niet veel van het Chinese, maar de huizen zijn wel in een totaal andere stijl opgetrokken. Geen idee of de Franse invloed van het begin van vorige eeuw hier een rol speelt. Op de baan gelden dezelfde regels als in China. Hoe groter het voertuig, hoe belangrijker je bent. Dit leidt natuurlijk tot redelijke rare en gevaarlijke situaties en de nodige ongevallen.
Eens in Hanoi werden we ergens op een plek gedropt die buiten de LP-kaart lag zodat niemand van ons goed wist waar we ergens waren. Uit noodzaak hebben we, ondertussen al met 5 backpackers, maar een taxi naar the Old Quarters genomen. Gelukkig, want dit bleek een rit van bijna 30m te zijn. Gelukkig wist de taxibestuurder het hostel zijn en probeerde hij ons geen ander in de maag te splitsen, want dat is iets waarvoor ze hier gekend zijn...
Mijn eerste indruk van Hanoi is chaos. Hiermee vergeleken is China een strak georganiseerd land!
donderdag 11 november 2010
Yangshuo
Na de Muur en het terracottaleger is dit zowat de meest toeristische plek van China. Het grote voordeel t.o.v. beide andere plaatsen is dat je hier op een steenworp van het 'echte' leven zit. Als je een fiets (de luierikken opteren voor een scooter) en het stadje verlaat kom je direct op het platteland terecht. En daar kan je zien hoe de mensen leven en genieten van het onvoorstelbare mooie uitzicht.
Yangshuo zelf is een stadje van zo'n 120000 inwoners en bestaat eigenlijk maar uit een belangrijke straat, nl. West Street. Een straat die geregeerd wordt door ontelbare souveniershops en restaurantjes. Straatverkopers proberen illegale kopies van de laatste dvd's aan de man te brengen of proberen hun diensten als gids aan te bieden.
De fietstocht door het platteland is een echte aanrader. De mensen op het platteland zijn overvriendelijk en helpen je wanneer je verkeerd rijdt. Dit is ons driemaal overkomen :)
Ik spreek over ons omdat ik ondeweg 2 Britten ben tegengekomen (Gary en Sarah) die dezelfde route aan het afrijden waren. Ik stond aan een tweesprong mijn kaartje te belijken toen zij daar ook aankwamen en een vrij degelijke kaart openden. Na het bestuderen van de kaart zijn we samen naar Yalung Bridge gereden (Dragon Bridge). Daar hebben we samen geluncht. Het eten was goed, maar naar Chinese normen redelijk duur. Nuja we zirtten dan ook in een toeristische regio en veel keuze was er niet. Na de lunch zijn we terug richting Yangshuo beginnen rijden, maar ditmaal op de andere oever. Na een 10tal minuten kwamen we op een Y-splitsing en op aanraden van ondergetekende volgden we de linkse splitsing. Het uitzicht was excellent ware het niet dat na 15 minuten het pad smaller en smaller werd en dat we na verloop van tijd tussen de rijstvelden aan het fietsen waren op een padje dat niet breder was dan 30cm... :)
Een 'Hello' deed ons opkijken en na veel gebaren en enkele woorden die we herkenden werden we naar een fietsbaar pad geleid. Na een goede 2 uur fietsen ging het licht uit bij Sarah. te veel last van zadelpijn. Zij opteerde dan maar om de rivier over te steken en zo terug tekeren naar haar hostel. Het oversteken van de rivier was een hachelijke klus aangezien de aangeboden ferrydienst op een bamboevlot te duur bevonden werd (20 yuan, voor 8m), Enkele 100en meters verder vonden we een dam die ze, met hulp vam Gary te voet kon oversteken. Gary en ikzelf opteerden om nog verder te fietsen tot aan Moon Hill. De trip naar de hevel nam nog een goed uurtje in beslag, met de nodige omweg natuurlijk. De omgeving waar we reden was echt schitterend. De rijstvelden waren goudkleurig door het effect van de laagstaande zon. Aangekomen bij Moon Hill ging Gary die beklimmen om enkele foto'tjes van de ondergaande zon te trekken, maar dat was er voor mij te veel aan. Na een snelle rit terug naar Yangshuo waar ik verscheidene elektrische scooters achter mij liet, was het tijd voor een goede hete douche.
Dag 2 was een luilekkerdag in het hostel, net als dag 3 en dag 4. Maar ondertussen ben ik wel naar een guesthouse net buiten Yangshuo verhuisd. Het is hier een echte verademing. Rust! Weg uit de drukte. En het leuke van al is dat het Giggling Tree uitgebaat wordt door een stel Nederlanders. Eindelijk nog eens Nederlands praten, nuja Hollands :)
Hier laden we de batterijen op voordat we ons in de Vietnamese chaos begeven...
Morgen is een dag van voorbereiding, proviand inslaan, een paar kledingstukken wassen, busticket richting Nanning aanschaffen, het hostel in Nanning contacteren zodat we zaterdag zonder problemen een slaapplaats hebben. Zondag is dan de grote dag! De bus op richting Vietnam...
Yangshuo zelf is een stadje van zo'n 120000 inwoners en bestaat eigenlijk maar uit een belangrijke straat, nl. West Street. Een straat die geregeerd wordt door ontelbare souveniershops en restaurantjes. Straatverkopers proberen illegale kopies van de laatste dvd's aan de man te brengen of proberen hun diensten als gids aan te bieden.
De fietstocht door het platteland is een echte aanrader. De mensen op het platteland zijn overvriendelijk en helpen je wanneer je verkeerd rijdt. Dit is ons driemaal overkomen :)
Ik spreek over ons omdat ik ondeweg 2 Britten ben tegengekomen (Gary en Sarah) die dezelfde route aan het afrijden waren. Ik stond aan een tweesprong mijn kaartje te belijken toen zij daar ook aankwamen en een vrij degelijke kaart openden. Na het bestuderen van de kaart zijn we samen naar Yalung Bridge gereden (Dragon Bridge). Daar hebben we samen geluncht. Het eten was goed, maar naar Chinese normen redelijk duur. Nuja we zirtten dan ook in een toeristische regio en veel keuze was er niet. Na de lunch zijn we terug richting Yangshuo beginnen rijden, maar ditmaal op de andere oever. Na een 10tal minuten kwamen we op een Y-splitsing en op aanraden van ondergetekende volgden we de linkse splitsing. Het uitzicht was excellent ware het niet dat na 15 minuten het pad smaller en smaller werd en dat we na verloop van tijd tussen de rijstvelden aan het fietsen waren op een padje dat niet breder was dan 30cm... :)
Een 'Hello' deed ons opkijken en na veel gebaren en enkele woorden die we herkenden werden we naar een fietsbaar pad geleid. Na een goede 2 uur fietsen ging het licht uit bij Sarah. te veel last van zadelpijn. Zij opteerde dan maar om de rivier over te steken en zo terug tekeren naar haar hostel. Het oversteken van de rivier was een hachelijke klus aangezien de aangeboden ferrydienst op een bamboevlot te duur bevonden werd (20 yuan, voor 8m), Enkele 100en meters verder vonden we een dam die ze, met hulp vam Gary te voet kon oversteken. Gary en ikzelf opteerden om nog verder te fietsen tot aan Moon Hill. De trip naar de hevel nam nog een goed uurtje in beslag, met de nodige omweg natuurlijk. De omgeving waar we reden was echt schitterend. De rijstvelden waren goudkleurig door het effect van de laagstaande zon. Aangekomen bij Moon Hill ging Gary die beklimmen om enkele foto'tjes van de ondergaande zon te trekken, maar dat was er voor mij te veel aan. Na een snelle rit terug naar Yangshuo waar ik verscheidene elektrische scooters achter mij liet, was het tijd voor een goede hete douche.
Dag 2 was een luilekkerdag in het hostel, net als dag 3 en dag 4. Maar ondertussen ben ik wel naar een guesthouse net buiten Yangshuo verhuisd. Het is hier een echte verademing. Rust! Weg uit de drukte. En het leuke van al is dat het Giggling Tree uitgebaat wordt door een stel Nederlanders. Eindelijk nog eens Nederlands praten, nuja Hollands :)
Hier laden we de batterijen op voordat we ons in de Vietnamese chaos begeven...
Morgen is een dag van voorbereiding, proviand inslaan, een paar kledingstukken wassen, busticket richting Nanning aanschaffen, het hostel in Nanning contacteren zodat we zaterdag zonder problemen een slaapplaats hebben. Zondag is dan de grote dag! De bus op richting Vietnam...
zondag 7 november 2010
Kunming
Lonely Planet (en de Chinezen) geven deze stad de bijnaam Spring City. Omdat het klimaat hier het hele jaar door erg aangenaam is, zonnig en niet te veel last van de smog. Dat de luchtkwaliteit hier merkbaar beter is merk ik zelf aan mijn verkoudheid. Ondanks het uitblijven van de zon, zelfs hier, verdijnt mijn lelijke hoest langzaam maar zeker. En ik ben nog geen 24h in de stad!
Kunming is een klein Chinees stadje (een kleine 4 miljoen inwoners) :) Het weer slaagt weer dik tegen, de zon verschuilt zich achter een sluier van wolken en smog. Het is niet echt koud zo'n 17º en bijna geen wind.
Kunming was ook de thuisbasis van de legendarsche Flying Tigers. Voor de onwetenden: dat waren Amerikaanse vrijwilligers die in WOII onder Chinees opperbevel de strijd aanbonden met de Japanse Luchtmacht. Spijtig genoeg is er bijna niets over te vinden in de stad zelf. Het hostel waar ik verblijf, The Hump, verwijst naar de vliegroute over de zuidelijke Himalaya die de transportvliegtuigen volgden. Het hostel zelf heeft een mooie collectie van foto's uit die periode
De eerste dag ben ik op zoek moeten gaan naar het Vietnamese consulaat. Ik had ongeveer een idee waar die zich bevindt, en na een mooie wandeling door de stad, die net als alle andere steden erg te lijden heeft onder allerhande constructiewerken (wegenwerken, afbreken en bouwen van huizen en torenhoge wolkenkrabbers).
Het kost me 350 yuan, omgerekend een goei 35 euro en ik moest 50h geduld hebben. Maar vanaf 13 november kan ik 30 dagen vrijuit bewegen in Vietnam. Ik heb nog geen flauw idee wat ik er ga doen, maar die tijd die ik verlies of win kan ik goed gebruiken om het volgende deel van de reis een beetje voor te bereiden. Indien mogelijk wil ik zeker passeren in Hanoi en de Halong delta, Dien Bien Phu en Saigon. En in de gauwte ook de Mekong-delta meepakken.
Dag 2 was een was-, lees-, muziekbeluister- en schrijfdag. Met andere woorden ik ben het hostel alleen uitgegaan om de hoogstnodige dingen te halen die ze hier niet hadden (lees: sigaretten).
Dag 3 was een klein hoogtepunt. Eindelijk nog eens een zonnige dag, met temperaturen van meer dan 20 graden. Dat is geleden van in Zuid-Korea. Het voordeel daarvan is ook dat mijn snotvalling nu echt aan het verdwijnen is. De avond hebben we (gasten van het hostel en enkele buitenlandse studenten) doorgebracht in een lokale bar, waar een bandje van expats en lokale muzikanten speelde. Er werd alleen gebruik gemaakt van slaginstrumenten met een grote nadruk op djembe. Het was ok. Maar ik heb wel een paar keer mogen uitleggen waarom ik niet danste en geen bier aan het drinken was :)
In de loop van de dag ben ik ook mijn paspoort gaan ophalen met een extra visum erin. Ik kan vanaf 13 november Vietnam in en kan er reizen tot 13 december. Het is nu zeker dat ik noord-zuid ga reizen. Wat ik nog niet goed weet is waar ik de grens ga oversteken. Maar dat kan later nog beslist worden.
Het weer tijdens de vierde dag was nog beter dan dag 3. Een warm zonneke, bijna geen wind. Heerlijk om door het Green Lake Park te wandelen en de chinese massa te observeren. Nuja die bekeken ons even hard hoor :)
Er overwinteren hier enkele 1000en Siberische meeuwen, en dat is elk jaar het moment voor de chinezen om met de hele familie naar het park te trekken. Het rare is dat, ondanks de luidruchtige chinezen, het best wel heel kalm was in het park.Om een of andere mysterieuse reden absorbeert de natuur alle geluiden die daar niet horen te zijn.
's Avonds in het hostel heb ik een leuke en stevige discussie gevoerd over de EU met een Fransman en een Brit. De Fransman ziet de EU als een dictatorschap en is fel gekant tegen elke inmenging van de EU in de lokale Franse politiek. De Brit zat eerder op mijn idee, dat de EU politiek nog belangrijker zou moeten worden. De Fransman was ook heel anti-Sarkozy, zoals alle Fransen op de moment denk ik :)
Maarja in mijn ogen heeft ie geen reden om tegen te zijn, aangezien hij toegaf dat hij blanco gestemd heeft.
En vanavond vertrek ik met de nachttrein naar Yangshuo, de omgeving van de Li (rivier). Super bekend in China (en misschien daarbuiten), aangezien het afgebeeld wordt op de biljetten van 20 yuan. Het is de bedoeling daar toch een dag of 4-5 te blijven zodat ik ook de ruime omgeving kan bekijken (de rijstterassen, het karstlandschap, de rivier,....) en dan richting Vietnam.
Kunming is een klein Chinees stadje (een kleine 4 miljoen inwoners) :) Het weer slaagt weer dik tegen, de zon verschuilt zich achter een sluier van wolken en smog. Het is niet echt koud zo'n 17º en bijna geen wind.
Kunming was ook de thuisbasis van de legendarsche Flying Tigers. Voor de onwetenden: dat waren Amerikaanse vrijwilligers die in WOII onder Chinees opperbevel de strijd aanbonden met de Japanse Luchtmacht. Spijtig genoeg is er bijna niets over te vinden in de stad zelf. Het hostel waar ik verblijf, The Hump, verwijst naar de vliegroute over de zuidelijke Himalaya die de transportvliegtuigen volgden. Het hostel zelf heeft een mooie collectie van foto's uit die periode
De eerste dag ben ik op zoek moeten gaan naar het Vietnamese consulaat. Ik had ongeveer een idee waar die zich bevindt, en na een mooie wandeling door de stad, die net als alle andere steden erg te lijden heeft onder allerhande constructiewerken (wegenwerken, afbreken en bouwen van huizen en torenhoge wolkenkrabbers).
Het kost me 350 yuan, omgerekend een goei 35 euro en ik moest 50h geduld hebben. Maar vanaf 13 november kan ik 30 dagen vrijuit bewegen in Vietnam. Ik heb nog geen flauw idee wat ik er ga doen, maar die tijd die ik verlies of win kan ik goed gebruiken om het volgende deel van de reis een beetje voor te bereiden. Indien mogelijk wil ik zeker passeren in Hanoi en de Halong delta, Dien Bien Phu en Saigon. En in de gauwte ook de Mekong-delta meepakken.
Dag 2 was een was-, lees-, muziekbeluister- en schrijfdag. Met andere woorden ik ben het hostel alleen uitgegaan om de hoogstnodige dingen te halen die ze hier niet hadden (lees: sigaretten).
Dag 3 was een klein hoogtepunt. Eindelijk nog eens een zonnige dag, met temperaturen van meer dan 20 graden. Dat is geleden van in Zuid-Korea. Het voordeel daarvan is ook dat mijn snotvalling nu echt aan het verdwijnen is. De avond hebben we (gasten van het hostel en enkele buitenlandse studenten) doorgebracht in een lokale bar, waar een bandje van expats en lokale muzikanten speelde. Er werd alleen gebruik gemaakt van slaginstrumenten met een grote nadruk op djembe. Het was ok. Maar ik heb wel een paar keer mogen uitleggen waarom ik niet danste en geen bier aan het drinken was :)
In de loop van de dag ben ik ook mijn paspoort gaan ophalen met een extra visum erin. Ik kan vanaf 13 november Vietnam in en kan er reizen tot 13 december. Het is nu zeker dat ik noord-zuid ga reizen. Wat ik nog niet goed weet is waar ik de grens ga oversteken. Maar dat kan later nog beslist worden.
Het weer tijdens de vierde dag was nog beter dan dag 3. Een warm zonneke, bijna geen wind. Heerlijk om door het Green Lake Park te wandelen en de chinese massa te observeren. Nuja die bekeken ons even hard hoor :)
Er overwinteren hier enkele 1000en Siberische meeuwen, en dat is elk jaar het moment voor de chinezen om met de hele familie naar het park te trekken. Het rare is dat, ondanks de luidruchtige chinezen, het best wel heel kalm was in het park.Om een of andere mysterieuse reden absorbeert de natuur alle geluiden die daar niet horen te zijn.
's Avonds in het hostel heb ik een leuke en stevige discussie gevoerd over de EU met een Fransman en een Brit. De Fransman ziet de EU als een dictatorschap en is fel gekant tegen elke inmenging van de EU in de lokale Franse politiek. De Brit zat eerder op mijn idee, dat de EU politiek nog belangrijker zou moeten worden. De Fransman was ook heel anti-Sarkozy, zoals alle Fransen op de moment denk ik :)
Maarja in mijn ogen heeft ie geen reden om tegen te zijn, aangezien hij toegaf dat hij blanco gestemd heeft.
En vanavond vertrek ik met de nachttrein naar Yangshuo, de omgeving van de Li (rivier). Super bekend in China (en misschien daarbuiten), aangezien het afgebeeld wordt op de biljetten van 20 yuan. Het is de bedoeling daar toch een dag of 4-5 te blijven zodat ik ook de ruime omgeving kan bekijken (de rijstterassen, het karstlandschap, de rivier,....) en dan richting Vietnam.
maandag 1 november 2010
Chongqing
Bij gebrek aan de interessante dingen en slecht weer in Chengdu (alle sites lagen redelijk ver verwijderd van de stad; tot 3h met de bus), ben ik vrij snel vertrokken naar Chongqing. Het weer is hier iets beter (geen regen) en we kunnen hier wel een paar interessante dingen doen. Maar eerste een kleine geografische noot. Chongqing is gesitueerd daar waar de Jialing rivier in de Yangtze stroomt. Het oude stadscentrum is gelegen tussen beide rivieren. Maar door de groei van de stad is het noodzakelijk gebleken om uit te breiden langs beide rivieren. De stadsgebieden worden verbonden met een aantal bruggen en tunnels.
De medewerkers van het hostel (Tina's Hostel), over't algemeen studenten, zijn hier supervriendelijk en een bron van informatie. De eerste dag werden we door de receptionist meegenomen naar een eetgelegenheid waar we anders nooit zouden komen. Het eten was schitterend, hoewel ik 2 gerechten, na een klein proefstukje, toch wijselijk heb laten passeren. De stad is in heel China gekend om zijn spicy gerechten, en dat is iets waar ik geen fan van ben :)
En onze Chinese gastheer stond erop dat hij zou betalen. Wat tot onze grote opluchting niet mogelijk bleek omdat hij niet genoeg geld bij had. Hij wou eerst nog snel geld gaan afhalen, maar zowel Jay als ik vonden dat idioot en hebben de rekening betaald. Het schaamtegevoel was duidelijk afleesbaar van zijn gezicht en on het slechte gevoel (of is het oneer) tecounteren werden we dan maar getrakteerd in een Stabucks, En neen ditmaal was er geen tegenspraak mogelijk.
Het weer verbetert met de moment. De grijze wolken trekken weg en maken plaats voor de zon. Deze zon maakt onmiddellijk duidelijk dat ook deze stad te lijden heeft van het 'Chinese probleem'. Smog.Het zicht naar de einder toe is quasi nihil. Gebouwen op minder dan een kilometer zijn slechts schaduwen, vormeloze, detailoze blokken, de een naast de andere, gehuld in een nevel. Vermoedelijk is deze constante mist ookeen katalysator van mijn zware verkoudheid (of was het een lichte keelontsteking), die maar niet lijkt te verdwijnen. De 2e avond in het hostel was van hetzelfde. In de namiddag waren Jay en ik naar de overkant van de Yangtze rivier gegaan met de kabelbaan, een toch wel eigenaardig type van openbaar vervoer, zeker om dat in China te zien :)
Daar aangekomen hebben we een leuke wandeling langs de oevers gemaakt, nagekeken door tientallen Chinezen. Blijkbaar zien ze niet al te veel vreemdelingen in dit gedeelte van de stad. We zijn dan ergensgaan eten in een klein restaurantje en aangezien ze daar geen foto-menu hadden was het een gok. Noedels met gekookte mais en een soort van gehakt. Ik ben erin geslaagd 2/3 van mijn kom leeg te eten, derna had ik enkel bluswater nodig... :)
De avond in het hostel was geweldig. Rustig zitten en kaartspellekes spelen met de staff. Er zijn hier niet veel backpackers, dus het contact is snel gelegd. Vooral omdat de staff heel gebrand is om hun Engels te verbeteren en/of uit te breiden en om informatie te ontvangen over het Westen. Dat maakt dat we samen uren verdrijven :)
En als we honger hebben rond een een uur of elf 's avonds dan trekken we samen de binnenstad in. Downtown, en dat kan je hier letterlijk interpreteren, eten gaan zoeken op plekken waar ze nog nooit een vreemdeling gezien hebben. Toeristen hebben ze al wel zien rondlopen in de stad, maar de toeristen in hun straat? Neen, das is hoogst uitzonderlijk en dat is er ook aan te zien. Maar de ontvangst is meer dan vriendelijk. De talrijke Hello's en opgestoken duimen maken dat snel duidelijk.
Ze zijn helemaal verbaasd als we een lokaal eetgelegenheid binnenstappen en gekookte dumplings bestellen. Twee normale, ene very spicy (voor Jay), en ene 'ik heb schrik van spicy' (zoals ze het hier uitdrukken) voor mij. Heerlijk!
De dag erna is het weer alweer een pak minder, maar het regent ten minste niet.
Vandaag 1 november is het trouwens ook 25 september!
Morgen met de nachttrein (zo'n 18h op de trein) naar Kunming, thuisbasis van de legendarische 'Vliegende Tijgers'. Ik zal daar waarschijnlijk een dag of 5 zitten aangezien ik een paar dagen kwijtspeel met het regelen van mijn Vietnamees visum. Volgens de weerberichten is het daar zonning met 20 graden. Jeuj! Laat ons hopen dat de smog geen roet in het eten gooit.
De medewerkers van het hostel (Tina's Hostel), over't algemeen studenten, zijn hier supervriendelijk en een bron van informatie. De eerste dag werden we door de receptionist meegenomen naar een eetgelegenheid waar we anders nooit zouden komen. Het eten was schitterend, hoewel ik 2 gerechten, na een klein proefstukje, toch wijselijk heb laten passeren. De stad is in heel China gekend om zijn spicy gerechten, en dat is iets waar ik geen fan van ben :)
En onze Chinese gastheer stond erop dat hij zou betalen. Wat tot onze grote opluchting niet mogelijk bleek omdat hij niet genoeg geld bij had. Hij wou eerst nog snel geld gaan afhalen, maar zowel Jay als ik vonden dat idioot en hebben de rekening betaald. Het schaamtegevoel was duidelijk afleesbaar van zijn gezicht en on het slechte gevoel (of is het oneer) tecounteren werden we dan maar getrakteerd in een Stabucks, En neen ditmaal was er geen tegenspraak mogelijk.
Het weer verbetert met de moment. De grijze wolken trekken weg en maken plaats voor de zon. Deze zon maakt onmiddellijk duidelijk dat ook deze stad te lijden heeft van het 'Chinese probleem'. Smog.Het zicht naar de einder toe is quasi nihil. Gebouwen op minder dan een kilometer zijn slechts schaduwen, vormeloze, detailoze blokken, de een naast de andere, gehuld in een nevel. Vermoedelijk is deze constante mist ookeen katalysator van mijn zware verkoudheid (of was het een lichte keelontsteking), die maar niet lijkt te verdwijnen. De 2e avond in het hostel was van hetzelfde. In de namiddag waren Jay en ik naar de overkant van de Yangtze rivier gegaan met de kabelbaan, een toch wel eigenaardig type van openbaar vervoer, zeker om dat in China te zien :)
Daar aangekomen hebben we een leuke wandeling langs de oevers gemaakt, nagekeken door tientallen Chinezen. Blijkbaar zien ze niet al te veel vreemdelingen in dit gedeelte van de stad. We zijn dan ergensgaan eten in een klein restaurantje en aangezien ze daar geen foto-menu hadden was het een gok. Noedels met gekookte mais en een soort van gehakt. Ik ben erin geslaagd 2/3 van mijn kom leeg te eten, derna had ik enkel bluswater nodig... :)
De avond in het hostel was geweldig. Rustig zitten en kaartspellekes spelen met de staff. Er zijn hier niet veel backpackers, dus het contact is snel gelegd. Vooral omdat de staff heel gebrand is om hun Engels te verbeteren en/of uit te breiden en om informatie te ontvangen over het Westen. Dat maakt dat we samen uren verdrijven :)
En als we honger hebben rond een een uur of elf 's avonds dan trekken we samen de binnenstad in. Downtown, en dat kan je hier letterlijk interpreteren, eten gaan zoeken op plekken waar ze nog nooit een vreemdeling gezien hebben. Toeristen hebben ze al wel zien rondlopen in de stad, maar de toeristen in hun straat? Neen, das is hoogst uitzonderlijk en dat is er ook aan te zien. Maar de ontvangst is meer dan vriendelijk. De talrijke Hello's en opgestoken duimen maken dat snel duidelijk.
Ze zijn helemaal verbaasd als we een lokaal eetgelegenheid binnenstappen en gekookte dumplings bestellen. Twee normale, ene very spicy (voor Jay), en ene 'ik heb schrik van spicy' (zoals ze het hier uitdrukken) voor mij. Heerlijk!
De dag erna is het weer alweer een pak minder, maar het regent ten minste niet.
Vandaag 1 november is het trouwens ook 25 september!
Morgen met de nachttrein (zo'n 18h op de trein) naar Kunming, thuisbasis van de legendarische 'Vliegende Tijgers'. Ik zal daar waarschijnlijk een dag of 5 zitten aangezien ik een paar dagen kwijtspeel met het regelen van mijn Vietnamees visum. Volgens de weerberichten is het daar zonning met 20 graden. Jeuj! Laat ons hopen dat de smog geen roet in het eten gooit.
dinsdag 26 oktober 2010
Beijing + Xian
Beijing
De stad waar ik terug op Jay botste. Een Amerikaan die ik in Sokcho (Zuid-Korea), voor de eerste keer ontmoette. Ik ben hem ook tegengekomen in Seoel en nu dus ook in Beijing. De kans is zeer groot dat ik hem nog meer ga tegenkomen omdat hij ook richting Vietnam gaat.
Er kan veel geschreven worden over deze stad, maar de belangrijkste dingen zijn
1. smog
2. de Verboden Stad
3. De Muur
4. Mao
Het eerste puntje is iets onvoorstelbaar. Het zicht in de stad zelf is afschuwelijk slecht. Het is niet mogelijk om een mooi panorama van de stad te zien, omdat de smog het zicht belemmert. Naar het schijnt zal ik dit probleem nog wel meer meemaken. Er is maar een natuurfenomeen dat de smog aanzienlijk vermindert en dat is regen...
Het hostel was wel de max. Gratis ontbijt!!!! en een goede ontmoetingsplaats waar je je ervaringen makkelijk kon delen met andere reizigers. Das altijd handig.
De Verboden Stad was de moeite waard. Het keizerlijk paleis in Seoel was min of meer hetzelfde. Nu kan ik beide architecturale vormen toch een beetje vergelijken. Hoewel ik niet goed kan zeggen welke ik het mooiste vind. Elk heeft zo zijn eigen typische kenmerken. Maar beide paleizen/tempels zijn indrukwekkend!
Om het mezelf wat makkelijker en aangenamer te maken heb ik gekozen voor een georganiseerde trip naar de Chinese Muur. Iets duurder dan alles zelf te regelen, maar wel aangenamer want geen kopzorgen :)
De muur tussen Jinshanling en Simatai (zo'n 120km ten noordoosten van Beijing) is een serieuze wandeling. Het merendeel van de route is goed bewandelbaar, maar sommige delen zijn echt vervallen. Het is dus uitkijken waar je je voeten zet...
Maar dat maakt de wandeling des te interessanter, niet?
Sommige torens zijn compleet verdwenen, anderen zijn ruines en een paar zijn gerestaureerd. Dat maakt het een heel interssante trip, omdat je te zien krijgt tot wat de natuur in staat is. De infobrochures maken ook melding van het feit dat een deel van de muur herbruikt is in de huizen die je in de verte kan zien.
Het weer zat niet helemaal mee, bewolkt en winderig. Maar liever dat dan een brandende zon, de wandeling zou anders een zweetpartij zijn vrees ik.
In Moskou heb ik het opgebaarde lichaam van Lenin bezocht, dus in Beijing moest ik ook even langs Mao passeren...
100 minuten aanschuiven om het lichaam toch wel de volledige 5 seconden te kunnen aanschouwen. Eigenlijk was het de moeite niet waard. Langs de andere kant, het toont aan hoe populair hij nog steeds is. Lenin had maar een rij van een 15tal minuten...
Xian
Voor de eerste keer was het mogelijk om een hard sleeper bed te boeken op een Chinese trein. De treinen zijn min of meer hetzelfde als die in Rusland, ware het niet dat ze hier 3 bedden boven elkaar stapelen. De bovenste (waar ik lag), is dus vrij krap qua hoofdruimte... Volgende keer toch kiezen voor het middelste bed.
En de treinen zijn minder proper dan de Russische, maar dat is iets waar ik me aan verwacht had :)
Een middelgrote stad van een ongeveer 6 miljoen inwoners. De pollutie is hier nog erger dan in Beijing, wat resulteert in een snotvalling... De stad is bekend geworden door de toevallige ontdekking van het terracotta leger dat de nabijgelegen graftombe van de keizer beschermt. Deze levensechte soldaten (een gelaat komt geen 2maal voor) zijn mooi om te zien, maar het was niet wat ik ervan verwachtte. Er is niets meer te zien van de oorspronkelijke gebruikte kleuren. Ditmaal heb ik niet geopteerd voor een georganiseerde tour vanuit het hostel. Het heeft me ongeveer 100 yuan bespaard. Ook dankzij mijn 'studentenkaart' een Belgische ID-kaart kan hier gebruikt worden als studentenkaart. Eigenlijk kan je elk document met een pasfoto gebruiken. De meeste Chinezen zijn niet in staat het Nederlands of Engels te lezen. OK, het is de boel belazeren, maar als je de helft van de ticketprijs kunt uitsparen... :)
De dag nadien ben ik opgestaan met enorme rugpijn. De pijn die ik enkele maanden voor mijn vertrek ook ervaarde... En dat is geen goed teken. Ik hoop echt dat het met de nodige rust en de juiste beweging snel betert, anders zit er niets anders op dan terug te keren... En dat zou ik heel spijtig vinden.
De stadsmuren van Xian zijn ook de moeite waard. Bijna 14 km lang, onderaan de voet zijn ze gemiddeld 18m breedt, bovenop de wal heb je ongeveer 12 tot 14m bewegingsruimte... breed genoeg om er met de fiets op te rijden dus. Maar daar heb ik dan weer een lelijke verkoudheid opgelopen (ik heb hetzelfde gevoel in mijn keel als toen ik van de trein stapte in Irkutsk).
En guess what. Jay daagde ook hier weer op. Maar hier gaan onze wegen ook (tijdelijk) scheiden. Ik vertrek naar Chengdu, in de hoop een 3daagse trip naar Lhasa te kunnen regelen. Vooral omdat ik de hoogste trein in de wereld aan mijn lijstje wil toevoegen. Jay gaat de spicy hot pot uitproberen in Chong Qing.
Maar we plannen om samen de Friendship Pass (grens tussen China en Vietnam) over te steken :)
Ondertussen zit ik al in Chengdu (bekend om zijn reuzepanda's), in de hoop een citytrip naar Lhasa te kunnen regelen. Dit blijkt niet zo evident te zijn dan ik had gedacht...
De stad waar ik terug op Jay botste. Een Amerikaan die ik in Sokcho (Zuid-Korea), voor de eerste keer ontmoette. Ik ben hem ook tegengekomen in Seoel en nu dus ook in Beijing. De kans is zeer groot dat ik hem nog meer ga tegenkomen omdat hij ook richting Vietnam gaat.
Er kan veel geschreven worden over deze stad, maar de belangrijkste dingen zijn
1. smog
2. de Verboden Stad
3. De Muur
4. Mao
Het eerste puntje is iets onvoorstelbaar. Het zicht in de stad zelf is afschuwelijk slecht. Het is niet mogelijk om een mooi panorama van de stad te zien, omdat de smog het zicht belemmert. Naar het schijnt zal ik dit probleem nog wel meer meemaken. Er is maar een natuurfenomeen dat de smog aanzienlijk vermindert en dat is regen...
Het hostel was wel de max. Gratis ontbijt!!!! en een goede ontmoetingsplaats waar je je ervaringen makkelijk kon delen met andere reizigers. Das altijd handig.
De Verboden Stad was de moeite waard. Het keizerlijk paleis in Seoel was min of meer hetzelfde. Nu kan ik beide architecturale vormen toch een beetje vergelijken. Hoewel ik niet goed kan zeggen welke ik het mooiste vind. Elk heeft zo zijn eigen typische kenmerken. Maar beide paleizen/tempels zijn indrukwekkend!
Om het mezelf wat makkelijker en aangenamer te maken heb ik gekozen voor een georganiseerde trip naar de Chinese Muur. Iets duurder dan alles zelf te regelen, maar wel aangenamer want geen kopzorgen :)
De muur tussen Jinshanling en Simatai (zo'n 120km ten noordoosten van Beijing) is een serieuze wandeling. Het merendeel van de route is goed bewandelbaar, maar sommige delen zijn echt vervallen. Het is dus uitkijken waar je je voeten zet...
Maar dat maakt de wandeling des te interessanter, niet?
Sommige torens zijn compleet verdwenen, anderen zijn ruines en een paar zijn gerestaureerd. Dat maakt het een heel interssante trip, omdat je te zien krijgt tot wat de natuur in staat is. De infobrochures maken ook melding van het feit dat een deel van de muur herbruikt is in de huizen die je in de verte kan zien.
Het weer zat niet helemaal mee, bewolkt en winderig. Maar liever dat dan een brandende zon, de wandeling zou anders een zweetpartij zijn vrees ik.
In Moskou heb ik het opgebaarde lichaam van Lenin bezocht, dus in Beijing moest ik ook even langs Mao passeren...
100 minuten aanschuiven om het lichaam toch wel de volledige 5 seconden te kunnen aanschouwen. Eigenlijk was het de moeite niet waard. Langs de andere kant, het toont aan hoe populair hij nog steeds is. Lenin had maar een rij van een 15tal minuten...
Xian
Voor de eerste keer was het mogelijk om een hard sleeper bed te boeken op een Chinese trein. De treinen zijn min of meer hetzelfde als die in Rusland, ware het niet dat ze hier 3 bedden boven elkaar stapelen. De bovenste (waar ik lag), is dus vrij krap qua hoofdruimte... Volgende keer toch kiezen voor het middelste bed.
En de treinen zijn minder proper dan de Russische, maar dat is iets waar ik me aan verwacht had :)
Een middelgrote stad van een ongeveer 6 miljoen inwoners. De pollutie is hier nog erger dan in Beijing, wat resulteert in een snotvalling... De stad is bekend geworden door de toevallige ontdekking van het terracotta leger dat de nabijgelegen graftombe van de keizer beschermt. Deze levensechte soldaten (een gelaat komt geen 2maal voor) zijn mooi om te zien, maar het was niet wat ik ervan verwachtte. Er is niets meer te zien van de oorspronkelijke gebruikte kleuren. Ditmaal heb ik niet geopteerd voor een georganiseerde tour vanuit het hostel. Het heeft me ongeveer 100 yuan bespaard. Ook dankzij mijn 'studentenkaart' een Belgische ID-kaart kan hier gebruikt worden als studentenkaart. Eigenlijk kan je elk document met een pasfoto gebruiken. De meeste Chinezen zijn niet in staat het Nederlands of Engels te lezen. OK, het is de boel belazeren, maar als je de helft van de ticketprijs kunt uitsparen... :)
De dag nadien ben ik opgestaan met enorme rugpijn. De pijn die ik enkele maanden voor mijn vertrek ook ervaarde... En dat is geen goed teken. Ik hoop echt dat het met de nodige rust en de juiste beweging snel betert, anders zit er niets anders op dan terug te keren... En dat zou ik heel spijtig vinden.
De stadsmuren van Xian zijn ook de moeite waard. Bijna 14 km lang, onderaan de voet zijn ze gemiddeld 18m breedt, bovenop de wal heb je ongeveer 12 tot 14m bewegingsruimte... breed genoeg om er met de fiets op te rijden dus. Maar daar heb ik dan weer een lelijke verkoudheid opgelopen (ik heb hetzelfde gevoel in mijn keel als toen ik van de trein stapte in Irkutsk).
En guess what. Jay daagde ook hier weer op. Maar hier gaan onze wegen ook (tijdelijk) scheiden. Ik vertrek naar Chengdu, in de hoop een 3daagse trip naar Lhasa te kunnen regelen. Vooral omdat ik de hoogste trein in de wereld aan mijn lijstje wil toevoegen. Jay gaat de spicy hot pot uitproberen in Chong Qing.
Maar we plannen om samen de Friendship Pass (grens tussen China en Vietnam) over te steken :)
Ondertussen zit ik al in Chengdu (bekend om zijn reuzepanda's), in de hoop een citytrip naar Lhasa te kunnen regelen. Dit blijkt niet zo evident te zijn dan ik had gedacht...
donderdag 14 oktober 2010
Shanghai (China)
Na een boottrip van 17h van Incheon naar Qingdao is het eindelijk zover.
China of het land van de grootste economische groei, de strengste internetbeveiliging en de Muur. Maar eerst de Expo in Shanghai...
Ik ben een nacht in Qingdao gebleven omdat ik anders geen zitplaatst had in de trein. De volgende dag dan maar de nachttrein genomen. Geen goede keuze! Omdat er geen bedden meer beschikbaar waren heb ik een zitplaatst genomen en dat is geen goei idee voor iemand die rugproblemen heeft. Zeker als je dan nog eens rekening houdt met het chinese gebruik om bovenop de 118 passagiers op de stoelen nog eens een 30tal passagiers in de wagon te proppen die geen stoel hebben. Dus er zijn gemiddeld zo'n 150 personen in de wagon (dit varieert, maar veel minder zal het nooit zijn). Anyway, het ziet er naar uit dat ik nog veel van die trips zal moeten ondernemen, want de treinen zijn nog populairder dan in Rusland, en er lopen ook meer Chinzen rond dan Russen :)
Het beste zou sijn om heel mijn trip door China te plannen en alle tickets op voorhand aan te kopen zodat ik zeker ben van een slaap- of zitplaats op de trein. Dit maakt het reizen dan wel een stuk minder interessant...
De expo is (of beter was), zijn geldniet echt waard. Ik heb ne vooral geconcentreerd op enkele kleinere pavilioenen, want die van de grote bekende landen werden te druk bezocht door de Chinezen. Dit resulteerde in wachtrijen van ongeveer 2 tot 3h en in het slechtse geval (Duitsland en the UK zelfs tot 5h)!
Het moet gezegd zorden dat het Belgisch/EU Pavilioen best wel een aantrekkingskracht had, maar is dit nu door de chocolade of de diamanten, of misschien wel de frieten die men verkocht? Wat men niet kan ontkennen is dat het Belgisch Bier Cafe duur was, zeker naar Chinese normen: 45 yuan voor een Hoegaarden... het is eigenlijk schandalig.
Ahja en om een of andere dubieuze reden is de naam van onze kroonprins verkeerd gespeld: Phillippe i.p.v. Filip. Voor de rst is de inhoud wel ongeveer een eerlijke voorstelling van wat Belgie is (Misschien hadden we ook wat meer nadruk kunnen leggen op onze huidige politieke impasse)
De paviljoenen van Venezuela en Chili waren ook de moeite, net als die van Denemarken en Ijsland. Maar de Nederlanders..., dieven zijn het, met de verkoop van hun french fries :)
Hopelijk kan ik binnenkort meer nieuws posten vanachter The Great Green Wall :)
China of het land van de grootste economische groei, de strengste internetbeveiliging en de Muur. Maar eerst de Expo in Shanghai...
Ik ben een nacht in Qingdao gebleven omdat ik anders geen zitplaatst had in de trein. De volgende dag dan maar de nachttrein genomen. Geen goede keuze! Omdat er geen bedden meer beschikbaar waren heb ik een zitplaatst genomen en dat is geen goei idee voor iemand die rugproblemen heeft. Zeker als je dan nog eens rekening houdt met het chinese gebruik om bovenop de 118 passagiers op de stoelen nog eens een 30tal passagiers in de wagon te proppen die geen stoel hebben. Dus er zijn gemiddeld zo'n 150 personen in de wagon (dit varieert, maar veel minder zal het nooit zijn). Anyway, het ziet er naar uit dat ik nog veel van die trips zal moeten ondernemen, want de treinen zijn nog populairder dan in Rusland, en er lopen ook meer Chinzen rond dan Russen :)
Het beste zou sijn om heel mijn trip door China te plannen en alle tickets op voorhand aan te kopen zodat ik zeker ben van een slaap- of zitplaats op de trein. Dit maakt het reizen dan wel een stuk minder interessant...
De expo is (of beter was), zijn geldniet echt waard. Ik heb ne vooral geconcentreerd op enkele kleinere pavilioenen, want die van de grote bekende landen werden te druk bezocht door de Chinezen. Dit resulteerde in wachtrijen van ongeveer 2 tot 3h en in het slechtse geval (Duitsland en the UK zelfs tot 5h)!
Het moet gezegd zorden dat het Belgisch/EU Pavilioen best wel een aantrekkingskracht had, maar is dit nu door de chocolade of de diamanten, of misschien wel de frieten die men verkocht? Wat men niet kan ontkennen is dat het Belgisch Bier Cafe duur was, zeker naar Chinese normen: 45 yuan voor een Hoegaarden... het is eigenlijk schandalig.
Ahja en om een of andere dubieuze reden is de naam van onze kroonprins verkeerd gespeld: Phillippe i.p.v. Filip. Voor de rst is de inhoud wel ongeveer een eerlijke voorstelling van wat Belgie is (Misschien hadden we ook wat meer nadruk kunnen leggen op onze huidige politieke impasse)
De paviljoenen van Venezuela en Chili waren ook de moeite, net als die van Denemarken en Ijsland. Maar de Nederlanders..., dieven zijn het, met de verkoop van hun french fries :)
Hopelijk kan ik binnenkort meer nieuws posten vanachter The Great Green Wall :)
zaterdag 9 oktober 2010
DMZ
De DMZ (DeMilitarised Zone) is een zone van 4km breed (2km langs elke kant van de DML), waar officieel geen militairen en of wapens mogen gestationeerd zijn. De DML (oftewel DeMarcatie Lijn) is de enige echte officiele grens tussen beide Korea's vastgelegd in het staakt-het-vuren bestand in 1953. Officeel is de oorlog dus nog steeds niet afgelopen. En het is Zuid-Korea dat de nodige papieren om de oorlog te eindigen niet getekend heeft...
De DMZ-tour was naar mijn bescheiden mening een knap staaltje van verdoken propaganda tegen het Communistische Noorden. Het is waar dat je de mogelijkheid hebt om in Noord-Korea te wandelen (lees: je kan je in een afgeschermde UNO-barak 3m over de grens begeven). Met een beetje chance, en wij hadden die chance, zie je een paar Noord-Koreaanse soldaten die aan de grens staan. In ons geval waren het een stuk of 7 officiers die toeristje kwamen spelen aan de grens. Je ziet ook enkele soldaten met verrekijkers de groep toeristen in het oog houden. Als ze fototoestellen hun richting zien uitkomen spreingen ze snel achter een pilaar :)
Maar er worden zoveel "veiligheidsmaatregelen en voorschriften' uitgeschreven zonder dat je eigenlijk weet waarom. Je mag geen shorts dragen, topjes, sandalen, slippers; je mag niet reageren op het is eender welke uitdaging van het Noorden, je mag niet wijzen naar de soldaten van het Noorden. En dat allemaal omdat het Noorden ons elektronisch monitort en die beelden dan zou kunnen misbruiken in hun propaganda-materiaal.
Deze strenge maatregelen zijn alleen geldig in Panmunjom, het "dorpje" op de grens waar in 1953 de wapenstilstand getekend werd. De rest van de tour, waar je o.a. het grootste nutteloze treinstation in de wereld kan bezoeken (het is het laatste station in Zuid-Korea, de sporen zijn evenwel aangesloten op het treinnetwerk van het noorden, zodat het theorotische gezien mogelijk is om vanuit Seoel naar Brussel te treinen).
Je bezoekt de 'Freedom Bridge', waar alle Noord-Koreanen die in Zuid-Korea wonen hun nieuwjaarswensen op een kleurig lintje schrijven en dit lintje dan aan de brug hangen.
Je ziet de laatste locomotief die over de grens is gereden (en aan diggelen is geschoten). Je wordt dan weer in een bus gestoken en snel snel naar de 3rd Infiltration Tunnel gereden. Een tunnel in 1978 ontdekt: 1400m lang, 2m breed en 2m hoog hoewel dat laatste niet helemaal klopt, want ik moest de hele bewandelbare lengte (een kleine 300m) gebukt lopen... Er zijn 4 van die tunnels die van het noorden naar het zuiden lopen, volgens de gidsen is het mogelijk om, d.m.v. die tunnels 16000 soldaten op 4h in Zuid-Korea te krijgen. Je kan je dan ook de vraag stellen of er nog van die tunnels zijn...
De tour is interessant, maar het is wel nodig om alles wat je gezegd en getoond wordt redelijk kritisch te beluisteren en bekijken. Dat maakt het natuurlijk niet zo makkelijk, maar ik kan me voorstellen dat een hele hoop mensen die die instelling niet hebben, overtuigd zijn van het gevaar uit het Noorden. Terwijl het gevaar gewoon aan beide kanten van de DML ligt...
Het straffe is dat veel Zuid-Koreanen een unificatie wensen, maar nog steeds een hemelse schrik hebben voor een militaire invasie door het Noorden. Daarom ook dat er hier in Korea nog steeds 30000 US soldaten gestationeerd zijn. En die zijn niet altijd geliefd, maar iedereen beseft heir dat ze niet zonder die soldaten kunnen...
Vandaag vertrek ik voor een week of 6 naar China, en zoals jullie wel weten is in China niet het hele internet beschikbaar. Het is dus mogelijk dat deze blog niet gebruikt zal kunnen worden... (net zoals facebook en ander social community websites)
De DMZ-tour was naar mijn bescheiden mening een knap staaltje van verdoken propaganda tegen het Communistische Noorden. Het is waar dat je de mogelijkheid hebt om in Noord-Korea te wandelen (lees: je kan je in een afgeschermde UNO-barak 3m over de grens begeven). Met een beetje chance, en wij hadden die chance, zie je een paar Noord-Koreaanse soldaten die aan de grens staan. In ons geval waren het een stuk of 7 officiers die toeristje kwamen spelen aan de grens. Je ziet ook enkele soldaten met verrekijkers de groep toeristen in het oog houden. Als ze fototoestellen hun richting zien uitkomen spreingen ze snel achter een pilaar :)
Maar er worden zoveel "veiligheidsmaatregelen en voorschriften' uitgeschreven zonder dat je eigenlijk weet waarom. Je mag geen shorts dragen, topjes, sandalen, slippers; je mag niet reageren op het is eender welke uitdaging van het Noorden, je mag niet wijzen naar de soldaten van het Noorden. En dat allemaal omdat het Noorden ons elektronisch monitort en die beelden dan zou kunnen misbruiken in hun propaganda-materiaal.
Deze strenge maatregelen zijn alleen geldig in Panmunjom, het "dorpje" op de grens waar in 1953 de wapenstilstand getekend werd. De rest van de tour, waar je o.a. het grootste nutteloze treinstation in de wereld kan bezoeken (het is het laatste station in Zuid-Korea, de sporen zijn evenwel aangesloten op het treinnetwerk van het noorden, zodat het theorotische gezien mogelijk is om vanuit Seoel naar Brussel te treinen).
Je bezoekt de 'Freedom Bridge', waar alle Noord-Koreanen die in Zuid-Korea wonen hun nieuwjaarswensen op een kleurig lintje schrijven en dit lintje dan aan de brug hangen.
Je ziet de laatste locomotief die over de grens is gereden (en aan diggelen is geschoten). Je wordt dan weer in een bus gestoken en snel snel naar de 3rd Infiltration Tunnel gereden. Een tunnel in 1978 ontdekt: 1400m lang, 2m breed en 2m hoog hoewel dat laatste niet helemaal klopt, want ik moest de hele bewandelbare lengte (een kleine 300m) gebukt lopen... Er zijn 4 van die tunnels die van het noorden naar het zuiden lopen, volgens de gidsen is het mogelijk om, d.m.v. die tunnels 16000 soldaten op 4h in Zuid-Korea te krijgen. Je kan je dan ook de vraag stellen of er nog van die tunnels zijn...
De tour is interessant, maar het is wel nodig om alles wat je gezegd en getoond wordt redelijk kritisch te beluisteren en bekijken. Dat maakt het natuurlijk niet zo makkelijk, maar ik kan me voorstellen dat een hele hoop mensen die die instelling niet hebben, overtuigd zijn van het gevaar uit het Noorden. Terwijl het gevaar gewoon aan beide kanten van de DML ligt...
Het straffe is dat veel Zuid-Koreanen een unificatie wensen, maar nog steeds een hemelse schrik hebben voor een militaire invasie door het Noorden. Daarom ook dat er hier in Korea nog steeds 30000 US soldaten gestationeerd zijn. En die zijn niet altijd geliefd, maar iedereen beseft heir dat ze niet zonder die soldaten kunnen...
Vandaag vertrek ik voor een week of 6 naar China, en zoals jullie wel weten is in China niet het hele internet beschikbaar. Het is dus mogelijk dat deze blog niet gebruikt zal kunnen worden... (net zoals facebook en ander social community websites)
maandag 4 oktober 2010
Pusan (of Busan)
Ik ben hier tot de conclusie gekomen dat ik het Koreaans eten niet echt apprecieer. Veel te pikant naar mijn goesting! Telkens weer moet ik brood of een kommeke gekookte witte rijst bijvragen om het vuur in mijn mond en slokdarm een beetje te blussen.
De visgerechten zijn over't algemeen best te pruimen zolang ik maar duidelijk maak dat ik mijn smaakpapillen wil behouden :)
Aanrader is de gevulde inktvis. Ik ken het gerecht al langer, het wordt ook geserveerd in Portugal. De bereidingswijze is min of meer hetzelfde (je kan zelfs aanwijzen welk exemplaar je op je bord wilt zien liggen)
Busan is een iets kleinere stad dan Seoel, slechts 3,5 miljoen inwoners :-)
Waarvan pakweg 30% studenten. En de kans is enorm groot dat, als je een bleekscheet ziet het een Amerikaan is, die hier in Korea een leerkracht Engels is. Om een of andere reden is het heel interessant om hier les te geven (voor native English speakers dan toch).
De stad zelf is gekend om 3 dingen
1. het UNMCK.
2. Een tempel die niet op een berg lig, maar gebouwd is op de rotsklippen ten oosten van het stadscentrum (zie foto's)
3. het bekendste strand van Zuid-Korea. (niks speciaal aan)
Vooral puntje 1 is indrukwekkend. Het UN Memorial Cemetry in Korea is een bezoekje waard. Zeker voor zij die zich een beetje interesseren in 'The Forgotten War' (Een Amerikaan in het hostel wist niet eens dat er 32000 GI's gesneuveld zijn tijdens die oorlog. In totaal zijn er 46000 UN-soldaten gesneuveld waarvan 162 Belgen). Op de begraafplaats was er evenwel geen enkel Belgisch graf te bespeuren... Zijn die gesneuvelden dan allemaal gerepatrieerd?
Er was ook geen enkele gedenksteen met een Belgische vlag te bespeuren, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland of Zweden (en die laatste hebben enkel non-combatante troepen gestuurd).
Eind deze week kan ik dan eindelijk de DMZ bezoeken. Dat is dan eveneens het einde van mijn Korea-tijd...
p.s.
Het is in Zuid-Korea makkelijker om Hoegaarden te vinden dan een Stella.
Ik heb laatste dagen dus meer bier gedronken dan het het hele vorige jaar :)
De visgerechten zijn over't algemeen best te pruimen zolang ik maar duidelijk maak dat ik mijn smaakpapillen wil behouden :)
Aanrader is de gevulde inktvis. Ik ken het gerecht al langer, het wordt ook geserveerd in Portugal. De bereidingswijze is min of meer hetzelfde (je kan zelfs aanwijzen welk exemplaar je op je bord wilt zien liggen)
Busan is een iets kleinere stad dan Seoel, slechts 3,5 miljoen inwoners :-)
Waarvan pakweg 30% studenten. En de kans is enorm groot dat, als je een bleekscheet ziet het een Amerikaan is, die hier in Korea een leerkracht Engels is. Om een of andere reden is het heel interessant om hier les te geven (voor native English speakers dan toch).
De stad zelf is gekend om 3 dingen
1. het UNMCK.
2. Een tempel die niet op een berg lig, maar gebouwd is op de rotsklippen ten oosten van het stadscentrum (zie foto's)
3. het bekendste strand van Zuid-Korea. (niks speciaal aan)
Vooral puntje 1 is indrukwekkend. Het UN Memorial Cemetry in Korea is een bezoekje waard. Zeker voor zij die zich een beetje interesseren in 'The Forgotten War' (Een Amerikaan in het hostel wist niet eens dat er 32000 GI's gesneuveld zijn tijdens die oorlog. In totaal zijn er 46000 UN-soldaten gesneuveld waarvan 162 Belgen). Op de begraafplaats was er evenwel geen enkel Belgisch graf te bespeuren... Zijn die gesneuvelden dan allemaal gerepatrieerd?
Er was ook geen enkele gedenksteen met een Belgische vlag te bespeuren, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland of Zweden (en die laatste hebben enkel non-combatante troepen gestuurd).
Eind deze week kan ik dan eindelijk de DMZ bezoeken. Dat is dan eveneens het einde van mijn Korea-tijd...
p.s.
Het is in Zuid-Korea makkelijker om Hoegaarden te vinden dan een Stella.
Ik heb laatste dagen dus meer bier gedronken dan het het hele vorige jaar :)
donderdag 30 september 2010
Seoel (pt I)
Seoel (of Soul zoals iedereen de stad hier noemt) is een megastad. 11 miljoen inwoners op een oppervlakte van nog geen 1000km int vierkant. Het is trouwens ook een rare stad, ze komt pas tot leven na 17h00. Voor 17h zie je bijna geen volk op straat lopen, na 17h zie je de straatstenen niet meer door al het volk :)
Ook dit is weer een stad van het licht. Neon langs alle kanten, zo erg dat in bepaalde kleinere straten de straatverlichting niet meer nodig is. Je vraagt je dan ook af of de mensen al die reclame nog wel opmerken...
Het National War Memorial/Museum heeft heel m'n eerste dag in beslag genomen. Dat was niet echt gepland, maar het is een uitstekend museum (de uitleg in het Engels zou iets uitgebreider mogen zijn) voor zij die zich interesseren in krijgsgeschiedenis, vanaf het stenen tijdperk tot nu en dan vooral de Koreaanse Oorlog. Een perfecte voorbereiding voor de trip naar de DMZ (die ik wel heb moeten uitstellen tot na 6/10 wegens nieuwe gesprekken tussen Noord en Zuid). 7h heb ik er rondgelopen! De 2e dag was een wandeldag met enkele mooie uitzichten over de stad.
Morgen met de Koreaanse TGV naar Pusan (hier noemen ze het Busan). Er komt sowieso nog een vervolg op Seoel, want ik moet hier passeren om de ferry naar China te nemen, dan gaan we de DMZ bekijken en enkele van de meer bekende tempels.
Stay tuned for more stories :-)
Ook dit is weer een stad van het licht. Neon langs alle kanten, zo erg dat in bepaalde kleinere straten de straatverlichting niet meer nodig is. Je vraagt je dan ook af of de mensen al die reclame nog wel opmerken...
Het National War Memorial/Museum heeft heel m'n eerste dag in beslag genomen. Dat was niet echt gepland, maar het is een uitstekend museum (de uitleg in het Engels zou iets uitgebreider mogen zijn) voor zij die zich interesseren in krijgsgeschiedenis, vanaf het stenen tijdperk tot nu en dan vooral de Koreaanse Oorlog. Een perfecte voorbereiding voor de trip naar de DMZ (die ik wel heb moeten uitstellen tot na 6/10 wegens nieuwe gesprekken tussen Noord en Zuid). 7h heb ik er rondgelopen! De 2e dag was een wandeldag met enkele mooie uitzichten over de stad.
Morgen met de Koreaanse TGV naar Pusan (hier noemen ze het Busan). Er komt sowieso nog een vervolg op Seoel, want ik moet hier passeren om de ferry naar China te nemen, dan gaan we de DMZ bekijken en enkele van de meer bekende tempels.
Stay tuned for more stories :-)
maandag 27 september 2010
Sokcho (Zuid-Korea)
Afgelopen zaterdag ben ik dus met een redelijk verroeste ferry (zie foto's) die onder Panamese vlag vaart naar Zuid-Korea vertrokken. De trip nam ongeveer 16h in beslag. Normaal kunnen er zo'n 450 passagiers aan boord, maar tijdens mijn trip waren het er exact 47. En natuurlijk was ik weer de enige West-Europeaan tussen een hoop Koreanen en enkele Russen. Gelukkig sprak er toch een Koreaan een beethe Engels, die heeft me dan maar ineens de basis van het eten met stokjes aangeleerd. Dat is toch niet zo gemakkelijk :)
Het beste moment op de ferry was de onbeschrijfelijk mooie zonsopgang, welliswaar iets te vroeg naar mijn goesting, maar soit het was het waard!
Sok Cho of is het Sokcho (?) is een een provinciestadje, dat zich op vooral bezighoudt met visvangst en de toeristen begeleiden naar het Nationaal Park. Dit park is gekend om zijn natuurlijke rotsformaties, de fauna en flora en het zogenaamde fort, dat blijkbaar geen fort blijkt te zijn :)
Het hostel waar ik nu verblijf is echt de max en ik heb zo een flauw bruin vermoeden dat het ik de komende maanden niets beter ga vinden. Een prive-kamer, met dubbelbed en badkamer voor 20000 won (omgerekend zo'n 13.3333 euro). Yoo, de manager is echt een wandelende informatiekiosk en niets is hem de te veel gevraagd. Dit maakt het reizen natuurlijk wel heel makkelijk. Langs den andere kant is het een hele verademing, want Engels is hier niet zo wijd verspreid als ik dacht :(
Dit geeft vooral problemen bij het eten, want de meeste restaurantjes hebben geen Engelse kaart en ik heb de Koreaanse karakters echt niet onder de knie. Dus elke maaltijd is een grote verrassing. Gelukkig heeft Yoo me een papiertje meegegeven waarop hij "Not spicy" (in't Koreaans) heeft geschreven, anders had ik veel pizza gegeten denk ik...
Morgen op naar Seoel, een busrit van ongeveer 3h. Niet zo erg lang en naar het schijnt is de weg heel goed. Ik ben benieuwd.
Het beste moment op de ferry was de onbeschrijfelijk mooie zonsopgang, welliswaar iets te vroeg naar mijn goesting, maar soit het was het waard!
Sok Cho of is het Sokcho (?) is een een provinciestadje, dat zich op vooral bezighoudt met visvangst en de toeristen begeleiden naar het Nationaal Park. Dit park is gekend om zijn natuurlijke rotsformaties, de fauna en flora en het zogenaamde fort, dat blijkbaar geen fort blijkt te zijn :)
Het hostel waar ik nu verblijf is echt de max en ik heb zo een flauw bruin vermoeden dat het ik de komende maanden niets beter ga vinden. Een prive-kamer, met dubbelbed en badkamer voor 20000 won (omgerekend zo'n 13.3333 euro). Yoo, de manager is echt een wandelende informatiekiosk en niets is hem de te veel gevraagd. Dit maakt het reizen natuurlijk wel heel makkelijk. Langs den andere kant is het een hele verademing, want Engels is hier niet zo wijd verspreid als ik dacht :(
Dit geeft vooral problemen bij het eten, want de meeste restaurantjes hebben geen Engelse kaart en ik heb de Koreaanse karakters echt niet onder de knie. Dus elke maaltijd is een grote verrassing. Gelukkig heeft Yoo me een papiertje meegegeven waarop hij "Not spicy" (in't Koreaans) heeft geschreven, anders had ik veel pizza gegeten denk ik...
Morgen op naar Seoel, een busrit van ongeveer 3h. Niet zo erg lang en naar het schijnt is de weg heel goed. Ik ben benieuwd.
woensdag 22 september 2010
Trans-Sib pt 2
Vertrokken op 18 september, vandaag zijn we 22 september en ben ik in Vladivostok aangekomen. Onderweg heb ik een tussenstop gemaakt in Ulan-Ude, zodat het makkelijker was om de connecties te voorzien. En, raar maar waar, ik ben met een vertraging van 45 minuten aangekomen! Zowat alle Russen en toeristen die ik vandaag ben tegengekoemen vielen van hun stoel. De trein is hier gekend om zijn stiptheid... De mijne precies niet :)
Een ander merkwaardige gebeurtenis was de controle van onze reisdocumenten in de trein. Zelfs de Russen in mijn coupe waren hier niet erg over te spreken. Een half uur later kwam de wagonverantwoordelijke uitleggen waarom dit was. Het bleek dat er in de vorige trein enkele illegalen meereisden (we werden gecontroleerd op enkele kilometers van de Chinese grens), plotseling hadden de Russen veel meer begrip voor de controle...
Ditmaal had ik iets meer geluk met de medepassagiers. Van de 5 Russen in mijn onmiddellijke ongeving, was er eentje die het Engels machtig was, zeer handig om bepaalde dingen te weten te komen, en om eens een deftige babbel te doen over wat de Russen echt bezig houdt. Alex, een officier op de lange vaart, vandaar ook zijn kennis van het Engels (en een mondje Frans en Duits). Hij kende zelfs de haven van Antwerpen! Hij vertaalde delen van het gesprek voor de andere passagiers. Het ging vooral over reizen en de verschillen tussen beide landen. Natuurlijk kreeg ik de leuke vraag voorgeschoteld welk land het beste was. Erg voorzichtig heb ik geantwoord dat elk land zijn voor-en nadelen heeft :)
Iets dat bij elk gesprek aangehaald wordt, is het loon dat men verdient in Europa. En telkens weer zijn ze verbaasd als ik zeg dat ik +/- 1300 euro verdiende, wat ik wel direct zei is dat de kosten in Belgie ook veel hoger liggen. Eten, huishuur, benzine,... alles is in veelvouden van de prijzen hier in Rusland. Ik weet niet of ze dit wel begrepen.
De reis zelf was een aaneenschakeling van domme Russische Candid Camera filmpjes, domme Russische comedies en interessante docu's (over WOII en de geschiedenis van de aarde), natuurlijk alles in het Russisch, zodat odnergetekende er weinig tot niets van begreep :)
Maar we hebben wel gelachen en dat, dat was een verbetering t.o.v. Trans-Sib pt.I
Het straffe was dat ik vandaag na aankomst met een andere hostelgast in het centrum aan't ronlopen was en dat we Alex tegen het lijf liepen. Hij gaf ons snel nog enkele tips. Toch raar hoe het reizen soms kan verlopen. :)
Een ander merkwaardige gebeurtenis was de controle van onze reisdocumenten in de trein. Zelfs de Russen in mijn coupe waren hier niet erg over te spreken. Een half uur later kwam de wagonverantwoordelijke uitleggen waarom dit was. Het bleek dat er in de vorige trein enkele illegalen meereisden (we werden gecontroleerd op enkele kilometers van de Chinese grens), plotseling hadden de Russen veel meer begrip voor de controle...
Ditmaal had ik iets meer geluk met de medepassagiers. Van de 5 Russen in mijn onmiddellijke ongeving, was er eentje die het Engels machtig was, zeer handig om bepaalde dingen te weten te komen, en om eens een deftige babbel te doen over wat de Russen echt bezig houdt. Alex, een officier op de lange vaart, vandaar ook zijn kennis van het Engels (en een mondje Frans en Duits). Hij kende zelfs de haven van Antwerpen! Hij vertaalde delen van het gesprek voor de andere passagiers. Het ging vooral over reizen en de verschillen tussen beide landen. Natuurlijk kreeg ik de leuke vraag voorgeschoteld welk land het beste was. Erg voorzichtig heb ik geantwoord dat elk land zijn voor-en nadelen heeft :)
Iets dat bij elk gesprek aangehaald wordt, is het loon dat men verdient in Europa. En telkens weer zijn ze verbaasd als ik zeg dat ik +/- 1300 euro verdiende, wat ik wel direct zei is dat de kosten in Belgie ook veel hoger liggen. Eten, huishuur, benzine,... alles is in veelvouden van de prijzen hier in Rusland. Ik weet niet of ze dit wel begrepen.
De reis zelf was een aaneenschakeling van domme Russische Candid Camera filmpjes, domme Russische comedies en interessante docu's (over WOII en de geschiedenis van de aarde), natuurlijk alles in het Russisch, zodat odnergetekende er weinig tot niets van begreep :)
Maar we hebben wel gelachen en dat, dat was een verbetering t.o.v. Trans-Sib pt.I
Het straffe was dat ik vandaag na aankomst met een andere hostelgast in het centrum aan't ronlopen was en dat we Alex tegen het lijf liepen. Hij gaf ons snel nog enkele tips. Toch raar hoe het reizen soms kan verlopen. :)
vrijdag 17 september 2010
Irkutsk
Zo op't eerste zicht zou ik gezegd hebben dat Irkutsk maar een klein provinviestadje is te vergelijken met Mechelen of Turnhout. Maar niet is minder waar! Het historisch centrum is niet erg groot (cfr Brugge) en uitgezonderd de mooie kerken en de traditionele houten huizen is er niet erg veel te zien (er is wel een Poolse kathedraal en een synagoge).
Een ander verbazingwekkend gegeven is de wacht bij het monument van WOII, in Sint-Petersburg en Moskou waren dat volwassen soldaten, hier zijn het tieners van hoop en al 16, en die marcheren even stijf en strikt als hun volwassen collega's.
Gelukkig is er nog altijd het Baikal meer... Volgens Lonely Planet bevat het meer 1/5 van al het zoet water in de wereld. Het vriest elke winter compleet dicht, en het is geen dun laagje ijs dat er komt op te liggen, neen het is mogelijk om het meer over te steken d.m.v. een taxi!!! De meeste Russen gebruiken dan die dan ook :)
Het meer is echt prachtig, te moeilijk om te beschrijven, maar de foto's spreken boekdelen. Het water is tegenwoordig best wel zuiver, en kan zo, zonder gefilterd te worden gedronken worden.
Morgen vertrek ik naar Ulan-Ude (voor een nachtje)en dan vertrekken we naar Vladivostok, m.a.w. Tran-Sib pt II. Ditmaal is het iets minder lang (slechts een 12tal uurtjes minder op de trein), maar ik heb tenminste een iets beter bed. Laat ons hopen dat er nu enkele Russen zijn die goesting hebben om te communiceren met een toerist...
Een ander verbazingwekkend gegeven is de wacht bij het monument van WOII, in Sint-Petersburg en Moskou waren dat volwassen soldaten, hier zijn het tieners van hoop en al 16, en die marcheren even stijf en strikt als hun volwassen collega's.
Gelukkig is er nog altijd het Baikal meer... Volgens Lonely Planet bevat het meer 1/5 van al het zoet water in de wereld. Het vriest elke winter compleet dicht, en het is geen dun laagje ijs dat er komt op te liggen, neen het is mogelijk om het meer over te steken d.m.v. een taxi!!! De meeste Russen gebruiken dan die dan ook :)
Het meer is echt prachtig, te moeilijk om te beschrijven, maar de foto's spreken boekdelen. Het water is tegenwoordig best wel zuiver, en kan zo, zonder gefilterd te worden gedronken worden.
Morgen vertrek ik naar Ulan-Ude (voor een nachtje)en dan vertrekken we naar Vladivostok, m.a.w. Tran-Sib pt II. Ditmaal is het iets minder lang (slechts een 12tal uurtjes minder op de trein), maar ik heb tenminste een iets beter bed. Laat ons hopen dat er nu enkele Russen zijn die goesting hebben om te communiceren met een toerist...
woensdag 15 september 2010
Trans-Siberian Railway pt. I
Dus, het eerste deel. Van Moskou naar Irkutsk. We zijn vertrokken op 11-09 om 21h25 en uitgestapt 15-09 om 01h16. Allereerst een kleine opmerking. Het Russisch treinnetwerk is volledig gebaseerd op Moskou-tijd, Dit geeft wel rare situaties aangezien we dus eigenlijk zijn aangekomen om 06h16 lokale Irkutsk-tijd. Geen idee waarom ze enkel Moskou-tijd gebruiken, maar mij lijkt dat het gemakkelijkste om een zo uitgebreid netwerk te synchroniseren (De afstand Moskou-Vladivostok is 9259 km).
De trein zelf was een mix van moderne wagons en oudere, ik had natuurlijk de pech om in een oudere terecht te komen. Dat is deels natuurlijk mijn eigen schuld. Ik had mijn ticket maar iets vroeger moeten kopen en niet op de dag zelf...
Ik heb 3e klas gekozen en ook dat was misschien niet het meest ideale, want zoals jullie op de foto's kunnen zien lag ik in de rijrichting en laat die bedden nu ongeveer 20cm korter en smaller wezen dan de andere. Maar ook dat is dus een beetje mijn eigen schuld :)
Langs de andere kant in 3e klas (Platzkarty zoals ze dat hier noemen) zit je met 56 mensen in een wagon, dus is de kans wel groot dat je contacten legt. In 2e klas (Kupe) zit je met 4 in een compartiment dat je kan afsluiten, als je daar de pech hebt om met 3 Russen te zitten die alleen maar zuipen en lawaai maken (en geloof me die kans is redelijk groot), dan denk ik dat de reis nog erger is...
Nu ik heb in ieder geval dikke pech gehad met het eerste deele van de reis. In mijn coupe zat er niemand die Engels kon of wou spreken. De eerst edag heb ik dan maar aangepapt met de man over mij. Een al wat oudere man die toch de moeite wou doen om een gesprek te voeren. He was niet makkelijk, maar we hebben onze plan toch kunnen trekken, welliswaar met behulp van mijn Hoe & Wat Russisch woordenboekje. Yuri bleek een ingenieur Radiotechnologie te zijn en meegewerkt te hebben aan enkele belangrijke Russische satteliet-projecten (als ik het allemaal goed begrepen, natuurlijk). Spijtig genoeg was hij de volgende morgen al op zijn bestemming. Daarna was het krot en companie...
Gelukkig ben ik in 2e klas een stel Hollanders tegengekomen die een volledig georganiseerde Trans-Sib aan het doen waren ('t is te zeggen, 2 van hen hadden enkel de treintickets in Nederland geregeld en de overige 10 hadden een volledig uitgestippelde reis geboekt). Dus heb ik af en toe de trip naar 2e klas gewaagd, door een Chinese wagon die echt wel stonk naar eten, om daar een babbeltje te slaan.
Het eten op de trein was best wel te pruimen. Je kan het onmogelijk 5 sterren geven, maar het was zeker niet slecht, borsjt, eireren een of andere maaltijdsoep met vlees. Ja ik vond het niet slecht :)
De barverantwoordelijke was een vrouw met nukken, hoewel ik vermoed dat ze gewoon de drukte van 12 drinkende Nederlanders in een wagon niet aankon, zeker niet als er ook nog een Oostenrijkse Australier mee komt drinken. Ik hehb geen problemen met haar gehad, maar ik zag dan ook dat ik alleen ging eten, integendeel ik werd best wel in de watten gelegd :)
Momenteel zit ik in Irkutsk en ik heb een stevige verkoudheid te pakken. Op aanraden van de Russische receptioniste ben ik een of ander homeopatisch drankje gaan halen en een pot honing. Volgens haar zou ik er over 3 dagen vanaf moeten zijn. Let's hope so...
De temperatuur is hier gevoelig lager dan in Moskou, hoewel het in het zonneke best aangenaam is. Maar ja we zitten dan ook in Siberie.
Ohja ik ben hier in het hostel 3 Britten tegengekomen die in Moskou in hetzelfde hostel zaten... Zij gaan naar Mongolie (zoals 95% van de Trans-Sib reizigers), hier scheiden onze wegen dus :)
De trein zelf was een mix van moderne wagons en oudere, ik had natuurlijk de pech om in een oudere terecht te komen. Dat is deels natuurlijk mijn eigen schuld. Ik had mijn ticket maar iets vroeger moeten kopen en niet op de dag zelf...
Ik heb 3e klas gekozen en ook dat was misschien niet het meest ideale, want zoals jullie op de foto's kunnen zien lag ik in de rijrichting en laat die bedden nu ongeveer 20cm korter en smaller wezen dan de andere. Maar ook dat is dus een beetje mijn eigen schuld :)
Langs de andere kant in 3e klas (Platzkarty zoals ze dat hier noemen) zit je met 56 mensen in een wagon, dus is de kans wel groot dat je contacten legt. In 2e klas (Kupe) zit je met 4 in een compartiment dat je kan afsluiten, als je daar de pech hebt om met 3 Russen te zitten die alleen maar zuipen en lawaai maken (en geloof me die kans is redelijk groot), dan denk ik dat de reis nog erger is...
Nu ik heb in ieder geval dikke pech gehad met het eerste deele van de reis. In mijn coupe zat er niemand die Engels kon of wou spreken. De eerst edag heb ik dan maar aangepapt met de man over mij. Een al wat oudere man die toch de moeite wou doen om een gesprek te voeren. He was niet makkelijk, maar we hebben onze plan toch kunnen trekken, welliswaar met behulp van mijn Hoe & Wat Russisch woordenboekje. Yuri bleek een ingenieur Radiotechnologie te zijn en meegewerkt te hebben aan enkele belangrijke Russische satteliet-projecten (als ik het allemaal goed begrepen, natuurlijk). Spijtig genoeg was hij de volgende morgen al op zijn bestemming. Daarna was het krot en companie...
Gelukkig ben ik in 2e klas een stel Hollanders tegengekomen die een volledig georganiseerde Trans-Sib aan het doen waren ('t is te zeggen, 2 van hen hadden enkel de treintickets in Nederland geregeld en de overige 10 hadden een volledig uitgestippelde reis geboekt). Dus heb ik af en toe de trip naar 2e klas gewaagd, door een Chinese wagon die echt wel stonk naar eten, om daar een babbeltje te slaan.
Het eten op de trein was best wel te pruimen. Je kan het onmogelijk 5 sterren geven, maar het was zeker niet slecht, borsjt, eireren een of andere maaltijdsoep met vlees. Ja ik vond het niet slecht :)
De barverantwoordelijke was een vrouw met nukken, hoewel ik vermoed dat ze gewoon de drukte van 12 drinkende Nederlanders in een wagon niet aankon, zeker niet als er ook nog een Oostenrijkse Australier mee komt drinken. Ik hehb geen problemen met haar gehad, maar ik zag dan ook dat ik alleen ging eten, integendeel ik werd best wel in de watten gelegd :)
Momenteel zit ik in Irkutsk en ik heb een stevige verkoudheid te pakken. Op aanraden van de Russische receptioniste ben ik een of ander homeopatisch drankje gaan halen en een pot honing. Volgens haar zou ik er over 3 dagen vanaf moeten zijn. Let's hope so...
De temperatuur is hier gevoelig lager dan in Moskou, hoewel het in het zonneke best aangenaam is. Maar ja we zitten dan ook in Siberie.
Ohja ik ben hier in het hostel 3 Britten tegengekomen die in Moskou in hetzelfde hostel zaten... Zij gaan naar Mongolie (zoals 95% van de Trans-Sib reizigers), hier scheiden onze wegen dus :)
zaterdag 11 september 2010
Moskou
Een mega-stad, anders kan ik het niet omschrijven...
Dat heeft zo zijn voor- en nadelen. Uit ondervinding weet ik dat ik niet echt een liefhebber ben van die mega-steden. Ze zijn me meestal net iets te druk en chaotisch. Het voordeel is dan weer dat je er meer dan waarschijnlijk een hoop culturele dingen kan bekijken en meemaken. Ook hier.
Als je Moskou zegt denk je automatisch aan twee dingen
1. Het Kremlin - Rode Plein
2. Lenin
Het eerste is best wel mooi, maar daar blijft het dan ook wel bij. Want het enige wat je daar ziet zijn nog meer orthodoxe kerken, de een in een betere staat dan de andere.
Het Mausoleum vam Lenin is een bezoekje waard, maar besef wel dat je het nodige respect moet tonen, anders zal een van de opzichters het je wel duidelijk maken! Dit betekent o.a. dat je je handen naast je lichaam moet houden en zeker niet in je broekzakken mag steken :)
Het verkeer is hier ongeveer 10000x chaotischer dan Sint-Petersburg en mijn opmerking dat Russen gediciplineerder zijn moet ik dus alweer intrekken... Benieuwd hoe dat in Irkoetsk zal zijn.
Je verplaatsen in Moskou is het snelst via de metro. En sommige van die stations zijn echte kunstwerkjes, maar het wordt niet altijd geapprecieerd als je er foto's van wilt trekken.
Een ander fenomeen zjin de 7 Zusters. Dat zijn 7 min of meer identieke gebouwen opgetrokken onder het bewind van Stalin (voor een foto zie Moscow University). Het leven is hier wel opmerkelijk duurder dan in elders in Rusland. In het hostel hebben we een gesprek gehad met een van de managers en die wist ons te vertellen dat de vastgoedmarkt heir sinds de kredietcrisis ontploft is. Een flatje in een verwaarloosd gebouw kost je ongevere 2000000 US dollar, ja u leest dat goed. 2 Miljoen, en wij maar klagen over de prijzen in Belgie...
Gisteren (vrijdag) heb ik de mogelijkheid gehad om samen met Sabrina, Rosanna en Annelies het Kremlin te bezoeken. De 3 studeren momenteel in Moskou (Erasmus-project) en hadden een dagje vrij zodat we met z'n vieren de toerist konden uithangen. Het was heel fijn om nog eens een hele dag Nederlands te kunnen spreken en om een bekend gezicht te zien.
In het Kre;lin zelf is er niet erg veel opzienbarends te zien (wat kerken, de graven van de Russische tsaren en veel agenten die je duidelijk maken dat bepaalde zones niet toegankelijk zijn)
Vanavond vertrek ik naar Irkutsk. daar zou ik dan de 15e om half zeven 's morgens aankomen. ja u leest dat goed, het is inderdaad een treinreis van 3 nachten... ik ben benieuwd :)
Dat heeft zo zijn voor- en nadelen. Uit ondervinding weet ik dat ik niet echt een liefhebber ben van die mega-steden. Ze zijn me meestal net iets te druk en chaotisch. Het voordeel is dan weer dat je er meer dan waarschijnlijk een hoop culturele dingen kan bekijken en meemaken. Ook hier.
Als je Moskou zegt denk je automatisch aan twee dingen
1. Het Kremlin - Rode Plein
2. Lenin
Het eerste is best wel mooi, maar daar blijft het dan ook wel bij. Want het enige wat je daar ziet zijn nog meer orthodoxe kerken, de een in een betere staat dan de andere.
Het Mausoleum vam Lenin is een bezoekje waard, maar besef wel dat je het nodige respect moet tonen, anders zal een van de opzichters het je wel duidelijk maken! Dit betekent o.a. dat je je handen naast je lichaam moet houden en zeker niet in je broekzakken mag steken :)
Het verkeer is hier ongeveer 10000x chaotischer dan Sint-Petersburg en mijn opmerking dat Russen gediciplineerder zijn moet ik dus alweer intrekken... Benieuwd hoe dat in Irkoetsk zal zijn.
Je verplaatsen in Moskou is het snelst via de metro. En sommige van die stations zijn echte kunstwerkjes, maar het wordt niet altijd geapprecieerd als je er foto's van wilt trekken.
Een ander fenomeen zjin de 7 Zusters. Dat zijn 7 min of meer identieke gebouwen opgetrokken onder het bewind van Stalin (voor een foto zie Moscow University). Het leven is hier wel opmerkelijk duurder dan in elders in Rusland. In het hostel hebben we een gesprek gehad met een van de managers en die wist ons te vertellen dat de vastgoedmarkt heir sinds de kredietcrisis ontploft is. Een flatje in een verwaarloosd gebouw kost je ongevere 2000000 US dollar, ja u leest dat goed. 2 Miljoen, en wij maar klagen over de prijzen in Belgie...
Gisteren (vrijdag) heb ik de mogelijkheid gehad om samen met Sabrina, Rosanna en Annelies het Kremlin te bezoeken. De 3 studeren momenteel in Moskou (Erasmus-project) en hadden een dagje vrij zodat we met z'n vieren de toerist konden uithangen. Het was heel fijn om nog eens een hele dag Nederlands te kunnen spreken en om een bekend gezicht te zien.
In het Kre;lin zelf is er niet erg veel opzienbarends te zien (wat kerken, de graven van de Russische tsaren en veel agenten die je duidelijk maken dat bepaalde zones niet toegankelijk zijn)
Vanavond vertrek ik naar Irkutsk. daar zou ik dan de 15e om half zeven 's morgens aankomen. ja u leest dat goed, het is inderdaad een treinreis van 3 nachten... ik ben benieuwd :)
dinsdag 7 september 2010
Санкт-Петербург (II)
Ik heb hier nu 5 dagen rondgelopen en dat is meer dan genoeg, maar het was noodzakelijk omdat ik anders mijn registratiepapieren niet meekreeg. Van de Russische overheid moeten alle toeristen hun visum bij aankomst registreren bij het OVIR. Alleen is dat pas mogelijk indien men langer dan 72h in dezelfde stad blijft (weekends niet inbegrepen), dus ja ik zat hier eventjes vast :)
Je kan zonder het papierwerk ook vertrekken, maar een ervaren Ruslandreiziger heeft me dat uitdrukkelijk afgeraden. Vooral omdat ik van plan ben om naar Siberie te reizen. En daar hebben ze naar het schijnt een andere interpretatie van de wetgeving. Dus het papierwerk is belangrijker dan men zou vermoeden...
Ik ben wel van plan om vanaf nu niet langer dan 72h in eenzelfde stad te blijven (voor Moskou is dit een probleem omdat er daar veel te zien is, maar een nachtje ergens anders slapen is genoeg. Het treinticket dient dan als bewijs dat ik er nog niet langer dan 72h ben)
Sint-Petersburg is eigenlijk een West-Europese stad zoals Londen of Parijs. het verschil ligt hem in de prijzen van dagdagelijkse dingen. Eten en drank zijn hier relatief goedkoop, alle andere (luxe)producten kosten evenveel als in andere grootsteden of zijn duurder. De roebel is ongeveer gelijk aan onze oude Belgische frank (1 euro = 39.50 roebel), dat maakt het rekenwerk net iets makkelijker.
Een ander voordeel van deze stad: quasi alle winkels zijn 7 dagen op 7 open en een select groepje zelfs 24/7 (enkele boekenwinkels, supermarktjes en cafe's). Enkel banken zijn gesloten op zondag. Ook hier, net zoals in Zuid-Amerika, zijn de winkels open tot 23h00. Kan af en toe wel heel handig zijn.
In het historisch centrum zou je niet denken dat dit ooit een communistische stad is geweest. Alle gebouwen hebben nog hun originele facades (periode 18e-19e eeuw), alleen staan er nu antennes op de daken en zijn er electriciteitskabels gespannen tussen de gebouwen zodat tram en trolleybus zonder problemen kunnen rondrijden.
Het enige wat je er doet aan denken zijn de monumenten van de Grote Patriottische Oorlog (aka Wereldoorlog II) en de metro natuurlijk.
In de Lonely Planet wordt er gewaarschuwd voor het verkeer, maar eerlijk gezegd zijn de Russen veeeeeeeeeeeel gediciplineerder dan de meeste Belgen. Hier wordt gepinkt telkens men van richting wilt veranderen!
Hier in SPB kan je je gelukkig nog redelijk behelpen met het Engels (uitgezonderd de stations en laat dit net het belangrijkste zijn), het zijn dan wel overwegend jongeren die je verstaan, maar het is toch iets handiger dan gebarentaal :)
Mits genoeg oefenen kan ik ondertussen al de meeste cyrillische tekens ontcijferen en zo een kaart lezen of tijdstabel ontcijferen. De taal spreken gaat alleen als ik het kan aflezen uit mijn groene Taalgids Wat & Hoe Russisch, de gesproken taal verstaan is hopeloos :) Of zoals we wel eens durven zeggen: Het is Chinees voor me (ik ben benieuwd wat dat in China gaat geven....)
De voeten zijn het stappen ondertussen ook gewoon (de eerste dagen enorm veel last gehad van de nieuwe steunzolen, de oude heb ik dan maar zelf hersteld en hou ik in reserve voor als het nodig is)
De Hermitage is echt onbeschrijfelijk (zie foto's; het gebouw met die groene gevel).
De tsaren (en later ook de communisten) hebben daar een paar miljoen kunstwerken verzameld en stellen die tentoon. Zeer interessant als je into kunst bent, ook handig om eindelijk enkele topwerken van Breughel, Rubens, Rembrandt, Titiaan, Rafael of Leonardo in levende lijve te aanschouwen. De Grieks-Romeinse collectie is anders ook wel impressionant. Maar wat mij het meest verwonderde was de Egyptische mummie. Ongeveer 4000 jaar oud en de menselijke trekken zijn nog heel zichtbaar. Die Egyptische balsemers hadden hun vak echt wel onder de knie.
Het gebouw zelf is al een bezoekje waard. Zo kitscherig dat het mooi wordt. :)
(tip: bestel je toegangsticket online, het bespaart je ongeveer 2h aanschuiven)
De meeste kerken hier zijn van orthodoxe oorsprong, dus geen beelden, maar wel iconen. En die zijn algemeen gesproken echte kunstwerkjes. Spijtig genoeg is het bijna onmogelijk om er deftige foto's van te maken. Dat wordt uitdrukkelijk verboden en er is altijd wel een opzichter in de buurt die de toeristen in't oog houdt. Andere aanraders zijn het Peter & Paul fort (met de SS Peter & Paul kathedraal, waar de tsaren begraven liggen), het Russisch museum, het Nevsky-klooster en het huis van Dostoyevsky (dan heb je ineens een idee hoe de mensen hier 200 jaar geleden leefden)
Dat was het voor deze keer.
Vanavond vertrek ik, weer met een nachttrein, naar Moskou (aankomst om 05h30 !!!).
Je kan zonder het papierwerk ook vertrekken, maar een ervaren Ruslandreiziger heeft me dat uitdrukkelijk afgeraden. Vooral omdat ik van plan ben om naar Siberie te reizen. En daar hebben ze naar het schijnt een andere interpretatie van de wetgeving. Dus het papierwerk is belangrijker dan men zou vermoeden...
Ik ben wel van plan om vanaf nu niet langer dan 72h in eenzelfde stad te blijven (voor Moskou is dit een probleem omdat er daar veel te zien is, maar een nachtje ergens anders slapen is genoeg. Het treinticket dient dan als bewijs dat ik er nog niet langer dan 72h ben)
Sint-Petersburg is eigenlijk een West-Europese stad zoals Londen of Parijs. het verschil ligt hem in de prijzen van dagdagelijkse dingen. Eten en drank zijn hier relatief goedkoop, alle andere (luxe)producten kosten evenveel als in andere grootsteden of zijn duurder. De roebel is ongeveer gelijk aan onze oude Belgische frank (1 euro = 39.50 roebel), dat maakt het rekenwerk net iets makkelijker.
Een ander voordeel van deze stad: quasi alle winkels zijn 7 dagen op 7 open en een select groepje zelfs 24/7 (enkele boekenwinkels, supermarktjes en cafe's). Enkel banken zijn gesloten op zondag. Ook hier, net zoals in Zuid-Amerika, zijn de winkels open tot 23h00. Kan af en toe wel heel handig zijn.
In het historisch centrum zou je niet denken dat dit ooit een communistische stad is geweest. Alle gebouwen hebben nog hun originele facades (periode 18e-19e eeuw), alleen staan er nu antennes op de daken en zijn er electriciteitskabels gespannen tussen de gebouwen zodat tram en trolleybus zonder problemen kunnen rondrijden.
Het enige wat je er doet aan denken zijn de monumenten van de Grote Patriottische Oorlog (aka Wereldoorlog II) en de metro natuurlijk.
In de Lonely Planet wordt er gewaarschuwd voor het verkeer, maar eerlijk gezegd zijn de Russen veeeeeeeeeeeel gediciplineerder dan de meeste Belgen. Hier wordt gepinkt telkens men van richting wilt veranderen!
Hier in SPB kan je je gelukkig nog redelijk behelpen met het Engels (uitgezonderd de stations en laat dit net het belangrijkste zijn), het zijn dan wel overwegend jongeren die je verstaan, maar het is toch iets handiger dan gebarentaal :)
Mits genoeg oefenen kan ik ondertussen al de meeste cyrillische tekens ontcijferen en zo een kaart lezen of tijdstabel ontcijferen. De taal spreken gaat alleen als ik het kan aflezen uit mijn groene Taalgids Wat & Hoe Russisch, de gesproken taal verstaan is hopeloos :) Of zoals we wel eens durven zeggen: Het is Chinees voor me (ik ben benieuwd wat dat in China gaat geven....)
De voeten zijn het stappen ondertussen ook gewoon (de eerste dagen enorm veel last gehad van de nieuwe steunzolen, de oude heb ik dan maar zelf hersteld en hou ik in reserve voor als het nodig is)
De Hermitage is echt onbeschrijfelijk (zie foto's; het gebouw met die groene gevel).
De tsaren (en later ook de communisten) hebben daar een paar miljoen kunstwerken verzameld en stellen die tentoon. Zeer interessant als je into kunst bent, ook handig om eindelijk enkele topwerken van Breughel, Rubens, Rembrandt, Titiaan, Rafael of Leonardo in levende lijve te aanschouwen. De Grieks-Romeinse collectie is anders ook wel impressionant. Maar wat mij het meest verwonderde was de Egyptische mummie. Ongeveer 4000 jaar oud en de menselijke trekken zijn nog heel zichtbaar. Die Egyptische balsemers hadden hun vak echt wel onder de knie.
Het gebouw zelf is al een bezoekje waard. Zo kitscherig dat het mooi wordt. :)
(tip: bestel je toegangsticket online, het bespaart je ongeveer 2h aanschuiven)
De meeste kerken hier zijn van orthodoxe oorsprong, dus geen beelden, maar wel iconen. En die zijn algemeen gesproken echte kunstwerkjes. Spijtig genoeg is het bijna onmogelijk om er deftige foto's van te maken. Dat wordt uitdrukkelijk verboden en er is altijd wel een opzichter in de buurt die de toeristen in't oog houdt. Andere aanraders zijn het Peter & Paul fort (met de SS Peter & Paul kathedraal, waar de tsaren begraven liggen), het Russisch museum, het Nevsky-klooster en het huis van Dostoyevsky (dan heb je ineens een idee hoe de mensen hier 200 jaar geleden leefden)
Dat was het voor deze keer.
Vanavond vertrek ik, weer met een nachttrein, naar Moskou (aankomst om 05h30 !!!).
vrijdag 3 september 2010
Sint-Petersburg
Waar te beginnen?
De reis naar SPB op zich is al een belevenis.
Eerst 14h onderweg naar Warshauw, een nachtje daar en 's morgens vertrekken richting Vilnius. En daar ben je weer 10h voor aan't treinen...
Ook daar ben ik een nachtje gebleven omdat het niet mogelijk was om de nachttrein naar SPB vanuit Belgie te reserveren...
Nuja de trip van Warschauw naar Vilnius was wel redelijk aangenaam, mede dankzij de voorraad drank die enkele Schotse voetbalsupporters mee de trein hadden opgepakt :)
Vilnius zelf is best wel een mooie stad denk ik, alleen niet in de regen...
En dat geldt ook voor Sint-Petersburg. Volgens de zeerberichten wou het morgen moeten opklaren, maar om een of andere reden hecht ik daar weinig geloof aan.
De nachttrein is toch een belevenis geweest. om middernacht gewekt worden door de Estse douane en dan een uur later door de Russen, die het niet konden laten om ff moeiijk te doen en te vragen of ik mijn rugzak kon leegmaken...
gene stress, iedereen schoot in de lqch toen ze mijn immodium zagen en dan was't in orde. Snappen wie snappen kan :)
Morgen ga ik de Hermitage bezoeken, dan kan ik ineens een paar Rubens' in't echt zien, net zoals enkele andere werken van belangrijke West-Europese kunstenaars...
later meer...
ahja ik zit in een tijdzone GMT+3. dit betekent dat ik zondag van 23h00 tot 01h00 zal duysteren en niet van 21h00 tot 23h00 zoals jullie in Belgie ;)
p.s.
sorry voor het ontbreken van trema's en andere lettertekens, maar die Russische klavieren zijn echt raar! (voor de ICT'ers: zelfs een alt combinatie uit de ASCII-tabel werkt niet, ik krijg enkel Russische karakters te zien)
De reis naar SPB op zich is al een belevenis.
Eerst 14h onderweg naar Warshauw, een nachtje daar en 's morgens vertrekken richting Vilnius. En daar ben je weer 10h voor aan't treinen...
Ook daar ben ik een nachtje gebleven omdat het niet mogelijk was om de nachttrein naar SPB vanuit Belgie te reserveren...
Nuja de trip van Warschauw naar Vilnius was wel redelijk aangenaam, mede dankzij de voorraad drank die enkele Schotse voetbalsupporters mee de trein hadden opgepakt :)
Vilnius zelf is best wel een mooie stad denk ik, alleen niet in de regen...
En dat geldt ook voor Sint-Petersburg. Volgens de zeerberichten wou het morgen moeten opklaren, maar om een of andere reden hecht ik daar weinig geloof aan.
De nachttrein is toch een belevenis geweest. om middernacht gewekt worden door de Estse douane en dan een uur later door de Russen, die het niet konden laten om ff moeiijk te doen en te vragen of ik mijn rugzak kon leegmaken...
gene stress, iedereen schoot in de lqch toen ze mijn immodium zagen en dan was't in orde. Snappen wie snappen kan :)
Morgen ga ik de Hermitage bezoeken, dan kan ik ineens een paar Rubens' in't echt zien, net zoals enkele andere werken van belangrijke West-Europese kunstenaars...
later meer...
ahja ik zit in een tijdzone GMT+3. dit betekent dat ik zondag van 23h00 tot 01h00 zal duysteren en niet van 21h00 tot 23h00 zoals jullie in Belgie ;)
p.s.
sorry voor het ontbreken van trema's en andere lettertekens, maar die Russische klavieren zijn echt raar! (voor de ICT'ers: zelfs een alt combinatie uit de ASCII-tabel werkt niet, ik krijg enkel Russische karakters te zien)
maandag 16 augustus 2010
Een nieuw avontuur
Meer dan 2 jaar na m'n vorige trip heb ik het plan opgevat om een nieuwe trip te maken. Deze keer iets langer en ook de andere kant uit.
Dinsdag 31 augustus vertrek ik met de ICE trein naar Warschau en van daaruit reis ik verder naar St-Petersburg... En dan zien we wel weer.
Dinsdag 31 augustus vertrek ik met de ICE trein naar Warschau en van daaruit reis ik verder naar St-Petersburg... En dan zien we wel weer.
Abonneren op:
Posts (Atom)